POLITIEKE VERSCHILLEN BINNEN DE FAMILIE

De New Yorkse fotograaf Gillian Laub onderzoekt de politieke verdeeldheid in Amerika door de lens van haar eigen familie. Dat is niet de enige serie waarmee ze in de afgelopen jaren furore maakte. Ze onderzoekt allerlei (politieke) conficten waarin ze de culturele identiteit van verschillende mensen en groepen blootlegt. In het boek Family Matters geeft ze een beeld van de Amerikaanse samenleving die zowel gekweld als hoopvol aanvoelt.

papa snijdt de kalkoenen uit Family Matters | © Gillian Laub

Ben gerust, ik ga geen politiek getinte blog schrijven. Ik heb het boek van Laub in bestelling en afgelopen week realiseerde ik me dat de strijd die zich in Amerika voordoet zich weliswaar heel specifiek richt op de kopstukken Trump en Biden (nu Harris), maar dat het een soort van afspiegeling is van de politieke en electorale strijd die zich in heel veel landen afspeelt. Het vraagt moed of wellicht onverschilligheid om de verdeeldheid van de wereld in beeld brengen door je familie, onder andere je ouders en grootouders, daarvoor als uitgangspunt te nemen.

Corona heeft ons geleerd dat heit niet eenvoudige is om binnen één familie fundamenteel van mening te verschillen over zaken die onbespreekbaar lijken te zijn. Zoiets geldt volgens mij ook voor de strijd Trump-Biden (Harris) binnen één familie. Laub zegt hierover: “Dit familieproject is een verkenning van de tegenstrijdige gevoelens die ik heb over waar ik vandaan kom – waaronder mensen van wie ik hou en die ik koester, maar met wie ik, onlangs in een verdeeld Amerika, ook enorm heb geworsteld.” Die worsteling zie je wel terug in haar fotowerk (denk ik) maar er klinkt ook een zeker humor, misschien zelfs banaliteit, in door. Dat maakt het weer een stuk lichter, misschien ook wel voor haar en haar familie. Met humor (zie een van mijn vorige blogs) kun je heel bespreekbaar maken.

een korte video over het project Zuidelijke Rituelen van Gillian Laub

Het is verrassend dat ze in haar oeuvre zoveel verschillende kwesties aanpakt, van religie, oorlog, liefde, transgenders tot aan de tienermeisjes in een klein achterafdorpje in Amerikaanse Zuiden. Dat doet ze in een beeldtaal die documentair gericht is én door typologische portretreeksen (o.a. in de series over nonnen en ‘overlevers’). Wat mij betreft speelt licht en kleur een belangrijke rol in de beeldmiddelen die ze inzet. Enfin, kijk zelf maar eens naar haar verschillende series.

Van het selfie naar Trish Morrissey een grote stap?

Ik schrijf met deze inspiratieblog naar aanleiding van de bespreking van de Bondsfotowedstrijd afgelopen zondag. Fotoclubs kunnen aan deze wedstrijd deelnemen met 10 foto’s van verschillende fotografen. Elke foto wordt individueel beoordeeld en de inzendingen zijn analoog. Dat laaste is een verademing wat mij betreft, beelden op papier. In de ochtend kwamen een tiental groepen aan bod waarvan er een aantal een hoge ranking hadden behaald (o.a. de top-drie) en in de middag besprak ik nog het werk van 12 clubs. Mijn twee compagnons in de jurering, Herman Schartman en Rob Agterdenbos, bespraken elk ook nog 12 andere clubs. In totaal zonder 134 clubs voor de Bondsfotowedstrijd in. Winnaar w haddenerd Fotokring Polderlicht.

Tijdens één van de middagsessies ging ik nader in op het portret, ook bij deze inzending een geliefd genre. Ik onderscheid drie soorten portretten en als je daar meer over wilt weten, moet je even rondneuzen in de blogs. Tik het woord portret in de zoekbalk rechts en je wordt op je wenken bediend. I hope so…

het sociaal documtair portret of het omgevingsportret | foto Peter van Tuijl

Het selfie is een buitenbeentje als het gaat om de reden van het maken van een portret. Waarom een selfie maken? Iedereen heeft een eigen gezicht en dankzij de kenmerken daarvan weten we wie Pietje, Jantje, Marietje of Iris is. Over jezelf hoef je helemaal niet te twijfelen. Bij het tandenpoetsen, scheren of lippenstiften zie je je evenbeeld meerdere malen op een dag. En als je niet lijdt aan de ziekte prosopagnosie is er geen moment, dat je je voor de spiegel afvraagt ‘wie is die figuur’.

kijk eens hier ben ik | foto Peter van Tuijl

Waarom maken mensen selfies? Professor Johan Swinnen, fotograaf en schrijver van het boek ‘de paradox van de fotografie’ en voor mij jarenlang een soort van fotobijbel, hoorde ik in een podcast vertellen over het selfie. Kort door de bocht en gesimplificeerd, komt het er op neer dat het ons een onmiddellijke bevrediging geeft om aandacht en macht te krijgen. De theorie van Descartes, wiskundige en filosoof, beschouwt het lichaam als een mechanisch systeem en apart gezien moet worden van ons denken. Het lichaam is als een machine met enkele voorgeprogrammeerde (autonome) functies en het denken als bewust fenomeen en gebaseerd op de vrije wil. Zijn uitspraak ‘ik denk dus ik ben’, zou je nu kunnen vertalen ‘ik fotografeer (mijzelf), dus ik ben’, aldus Swinnen. Verder ziet Swinnen in het maken van de selfie iets wat op een contradictie lijkt, een uiting die enerzijds te maken heeft met het individualisme in de wereld en anderszijds met de globalisering daarvan. De eenzaamheid van het individu tegen de ‘geborgenheid’ en verbinding met de gehele wereld. Misschien is dat wel de reden van de betekenis en reikwijdte die influencers vandaag de dag hebben en hun ‘succes’ verklaart.

Fotograaf Walker Evans dichtte de fotografie een belangrijke rol toe als het gaat om het vasthouden van de herkenning en de herinnering en waarschuwde tegelijkertijd voor de poeha die dat teweeg zou kunnen brengen. Overigens als je naar het interview met Johan Swinnen wilt luisteren, klik dan hier.

Goed, het hoofdonderwerp van deze blog. De ‘selfies’ van Trish Morrissey. Zijn het selfies? Niet voor niets tussen quotes naar mijn idee. Kijk, lees en oordeel zelf.

uit de mislukte realist © Triss Morrissey

Morrissey [1967] is een van oorsprong Ierse Fotografe die nu leeft en werkt in Londen. Haar werk is ‘vergeven’ van zelfportretten en als zodanig sluit het aan bij de hedendaagse selfiecultuur. Tegelijkertijd blijft het daar ver weg van, vanwege het doel dat ze met haar foto’s heeft. Er zit vrijwel altijd een sociaal documentaire kant aan haar foto’s, meestal is er ook wel een historisch aspect te onderkennen. Daarmee stelt ze vragen over de rollen die we in onze (kleine en grotere) samenleving spelen. Wat als ze -als vrouw- de rol van de moeder in een familie overneemt. Wat gebeurt er met de ‘geloofwaardigheid’ van de moeder. Is die rol aan iedereen toe te vertrouwen of is het een unieke rol die geen plaatsvervanging duldt?

In het project ‘Tien mensen in een koffer’ koos ze uit 30.000 foto’s uit het gedateerde archief in het Finse plaatsje Mänttä tien alledaagse activiteiten. Hiermee ging ze aan de slag en creëerde met haarzelf in de hoofdrol en als verteller nieuwe scenes.  Zelf zegt ze daarover: ‘Elk personage had iets dat ik herkende. Om deze nieuwe foto’s te maken. Moest ik me de gebeurtenissen voorstellen die tot dit moment, het hedendaagse, leidden. De foto’s worden daarmee meer dan heropvoeringen, het worden echte individuen van nu die meer zijn dan de momentopnamen van toen.’ Volgens mij wordt hier het spel gespeeld van historische context en het verleden geplaatst in een beeldvorming passend bij de wereld van vandaag. Dat doet ons denken over de betekenis van samenlevingen in relatie tot de tijd waarin je die plaatst.

Een heel ander project dat ik heel bijzonder vind, is de ‘mislukte realist’. Haar dochter van 5 mocht tekeningen maken, versierselen op haar gezicht en daar woorden aan geven.

‘Schminken is een activiteit op een regenachtige dag waar we allebei van genieten. Toen haar motorische vaardigheden eenmaal voldoende ontwikkeld waren om een penseel onder controle te krijgen, wilde ze mij schilderen in plaats van geschilderd te worden.’ Morrissey vertelt verder dat mede daardoor haar creatieve brein anders gericht werd toen ze wat ouder was. Ze schilderde niet meer de gebruikelijk bloemmotieven of vlinders aan een tak, maar tekeningen of schilderijen naar aanleiding van bijvoorbeekd een film die ze gezien had. Het alledaagse kreeg op die manier een plek in het werk van een kind, een kunstenaar in spe. Daarmee lijkt de maskerade van de mislukte realist van opvoedkundige waarde. Een fotoproject dat meer om het proces bij een ander gaat, in dit geval haar dochtertje, dan om het resultaat. Dat geeft een heel andere betekenis aan het fotograferen en stelt vragen bij de doelstelling van de fotografie.

Ga echt kijken op de website van Trish Morrissey. Volgens mij word je niet teleurgesteld!

Genoeg over de projecten… omdat het er nog veel meer zijn. Ik vond het zeker de moeite waard om in haar wereld te duiken. Om zelf (ook) aan de slag te gaan met de vragen over het doel van de fotografie, de betekenis die je aan een foto kunt geven en in nog algemenere zin over de waarde die fotografie voor verschillende mensen kan hebben.

TOKIO IS VAN JOU

from the series ‘TOKIO is YOURS’ | © Meg Hewitt

Gefascineerd door de Japanse fotografie en in het bijzonder door de Provoke-groep, vertrok de Australische selfmade fotograaf Meg Hewitt in 2015 naar Tokio om een ​​emotionele serie te produceren die de fotojournalistiek overstijgt en ruimte laat voor de verbeelding van de kijker.

Een fascinerende reeks beelden die de Japanse Straatfotograaf Daido Moriyama van de kunstenaarsbeweging “Provoke” met veel instemming bekeken zal hebben. De grove, gruizige stijl met heel veel contrast geven de foto’s een harde uitstraling. Tegelijkertijd zit er veel compassie in het werk van Meg Hewitt.

Obscure figuren in ongewone decors en met onverwachte en vreemde gebaren overstijgen het dagelijkse. Daarmee vertoont haar werk voor mij een overeenkomst met de foto’s van de ZuidAfrikaanse fotograaf Roger Ballen en Anders Pedersen en de al eerder genoemde Daïdo Mariyama. Fotograferen die zich op op een zeer expressieve manier uiten, vaak overdreven scenes met een underground karakter. Het zijn beelden uit het leven gegrepen, doorgaans niet het ‘kleinburgelijke’.

Tokyo is Yours was haar eerste grote langetermijnproject. Zelf zegt ze: “Ik was erg ontroerd door de gebeurtenissen in Japan rond de aardbeving in het Grote Oosten van 2011 en de daaropvolgende tsunami en kernsmelting in de kerncentrale van Fukushima. Ik vroeg me af wat de stemming was in Tokio, dat slechts 240 kilometer ten zuiden ligt. Tokio is een metropool met ruim 14 miljoen inwoners. De meeste mensen zijn afhankelijk van het openbaar vervoer, dus het zou erg moeilijk zijn om te evacueren. De voormalige premier Naoto Kan gaf in 2016 toe dat hij destijds serieus overwoog om te evacueren. De situatie leek op sciencefiction, maar was helaas ook heel reëel. Toen ik voor het project Tokyo voor het eerst bezocht, zag ik overal een graffiti-tag staan: ‘Tokyo is Yours’. Het was als een proclamatie dat Tokio, ondanks wat er was gebeurd, nog steeds bestond.”

Meg Hewitt is een straatfotograaf die aan documentaire en fotojournalistieke projecten werkt. Haar werk is verbeeldend en heeft verschillende interpretatielagen met vaak een filmische stijl (zoals o.a. van Antoine d’Agata). Ze gaat de straat op om daar in eerste instantie de mensen te ontmoeten waarmee ze aan het werk gaat in haar projecten.

Na het voltooien van haar studie beeldende kunst, runde ze ruim tien jaar een eigen restaurant in Sydney voordat ze rond 2010 met fotografie begon. Ze werkt nu aan haar projecten, assisteert een meesterfotoprinter en geeft workshops. Haar fotoboek Tokyo is Yours ontving een aantal internationale prijzen. In 2019 zag ik haar expositie in Arles tijdens het jaarlijkse festival. Het was haar eerste soloexpositie in Europa. Kijk verder op haar website, ik veronderstel dat u niet teleurgesteld wordt.

FOUND: poverty

# 31 Matt Black

El Paso, Texas. 2015 | © Matt Black

Tussen 2014 en 2020 reisde fotograaf Matt Black [1970] vanuit zijn geboorteplaats in Central Valley in Californië naar honderden andere gemeenschappen met hoge armoede in de Verenigde Staten. Hij concentreerde zich op steden, dorpen en provincies met armoedecijfers van meer dan 20%.

Hij merkte dat hij van kust naar kust kon reizen zonder ooit boven de armoedegrens te komen. Zijn verkenning van deze grimmige Amerikaanse realiteit groeide uit tot meer dan 160.000 kilometer en 46 staten, verspreid over vijf reizen door het hele land. Er is een lijvig boek over dit project verschenen. Uiteraard is het boek (27×27 cm en 25 mm dik) via zijn website te koop maar eveneens bij Bol.com of Amazon.nl tegen aantrekkelijke prijzen.

Black is een magnum fotograaf (sinds 2015) en zijn werk is geworteld in de documentaire traditie. Echter je ziet ook een sterke persoonlijke benadering die zich uit in emotionele beelden en een visuele intensiteit. Zijn naam Black zie je als het ware terug in zijn beeldtaal. Donker zwart en hoge contrasten dragen bij aan de visuele kracht van zijn werk. Zijn series nemen vaak vele jaren in beslag. Op zijn website vind je verschillende video’s en podcasts.

“Fotografie heeft het vermogen gedachten en emoties te kristalliseren en mensen te motiveren zich met de wereld bezig te houden. Geen enkel ander medium kan de kracht ervan evenaren.” [Matt Black]


In 2015 ontving hij de W. Eugene Smith Memorial Award.

“De verschroeiende beelden van Black laten zien hoe Amerika eruit ziet voor de ruim 45 miljoen mensen die in armoede leven”, legt Brian Storm uit, voorzitter van de W. Eugene Smith Memorial Fund Grant 2015 en oprichter van MediaStorm. “Geography of Poverty is een reis van 30.000 kilometer die een menselijk gezicht geeft aan de duizelingwekkende statistieken.”

De W. Eugene Smith Grant wordt jaarlijks uitgereikt aan een fotograaf wiens eerdere werk en het voorgestelde project, zoals beoordeeld door een panel van experts, de traditie volgen van W. Eugene Smiths bezorgde fotografie en toegewijde medeleven, zoals blijkt uit zijn 45-jarige carrière als fotograaf. essayist. Deze subsidie ​​is bedoeld om een ​​fotograaf te helpen een fotografisch project te starten of een lopend fotografisch project te helpen voltooien. Als je meer wilt weten over W.Eugene Smith kijk dan hier.

Ode aan de picturalisten

# 30 AnnMarie Tornabene

AnnMarie Tornabene’s grootste inspiratiebron zijn de foto’s uit de picturialistische periode, voornamelijk door het werk van fotografen van weleer: Julia Margaret Cameron, Alfred Steiglitz, Edward Steichen en Anne Brigman. In deze serie ‘ode aan de pictoralisten’ zijn de foto’s verwijzend naar de eeuwwissling rond 1900 en lijken de foto’s best wat gedateerd.

© ​AnnMarie Tornabene

Het bijzondere aan haar en haar meest recente werk is het feit dat ze in haar fotografie optreedt als performer. Ze is het levende model en speelt met poses en zelfportretten, oorspronkelijk als een manier om zichzelf, en mogelijk anderen, te helpen in het reine te komen met overgewicht.

Haar werk is in de afgelopen 25 jaar veranderd en anders dan de picturalistische schoonheid van toen, stelt ze nu meer psychologische thema’s aan de orde en komt ‘het zijn zoals je bent’ en inclusiviteit in haar werk vooral aan bod. Althans zo lees ik haar foto’s. Daarmee toont zij zowel haar kwetsbaarheid als haar kracht.

Maak een uitstapje naar haar website en kijk wat je ervan vindt.

Afschuwelijk knap en gedurfd

# 29 LIU SUSIRAJA

Ik heb wel getwijfeld om deze blog te maken. De fotografie van deze fotograaf vind ik heftig en schokkend. Ik kan me zelfs voorstellen dat het afkeer oproept en dat men vindt dat ik de blog niet had moeten plaatsen. Waarom ik het toch doe? De fotografie van deze fotograaf vind ik liefdevol, zonder gene, oprecht, veelzeggend en heel kwetsbaar en krachtig tegelijkertijd. Ze stelt expliciet de vraag ‘hoe kijk ik’ -‘en ook jij’- naar de wereld. Naar mensen die er anders uitzien, die geen doorsnee gezicht of lijf hebben. In een tijd waarin woorden getoetst worden aan inclusief taalgebruik geldt zoiets dergelijks ook voor beeld. Een poos geleden las ik in een artikel waarin Vivianne Sassen aan het woord was dat ze nu best wel vraagtekens zette bij de donkere Afrikaanse mensen die zij in 2005 liet acteren in haar modebeelden.

Iiu Susiraja’s “Woman” (2010), een van de krachtige werken die zich richten op hedendaagse problemen met het lichaamsbeeld, obsessies en taboes in een show in MoMA | © Iiu Susiraja, Makasiini Contemporary en Nino Mier Gallery

Liu Susiraja [1975] schaamt zich niet voor haar lichaam noch voor haar naaktheid in haar foto’s. Het lijkt of ze zich niet wil verontschuldigen voor de hedendaagse voorwaarden en normen waaraan het lichaam moet voldoen. Ze lijkt met haar foto’s anderen te willen beschermen, een hart onder de riem te willen steken. Zoiets van ‘je mag er zijn’, kijk maar naar mij. Ze is geen clown maar de verschijning die ze kiest in haar foto’s maakt de boodschap lichter, de humor die ze hanteert maakt dat wij durven te kijken… Het is niet zo dat de foto’s de eigenliefde propageren, de verwijzingen daarnaar zijn m.i. bedoeld om geldende criteria over lichamelijkheid aan de orde te stellen. Daarmee is de lijn waarop ze zich begeeft smal; de komedie in haar beelden zorgt dat ze er niet overheen gaat. Durf er naar te kijken en na een tijdje gaat de boodschap het winnen van het ongemakkelijke van het beeld. De provocatie is een ode aan het zijn van de mens. Ook voor de minder robuuste personen, ja zelfs magere mensen -feitelijk iedereen- kan zichzelf op een bepaalde manier spiegelen in haar foto’s en video’s. In de video’s van pakweg een kleine twee minuten worden verschillende ‘gedragingen, wensen en strevingen letterlijk (soms echt letterlijk) blootgelegd. Daarmee wordt haar werk één grote reeks van hedendaagse problemen en opvattingen over taboes. Taboes van schoonheid, eten, consumptie, sex, lichamelijkheid, (zelf)haat en obsessies. Het kan niet anders dat ze met haar werk de schaamte voorbij is en dat ze aan de beschouwer vraagt na te denken over haar of zijn wensen, strevingen, ideeën en gedragingen m.b.t. die taboes.

Typerend is dat haar portretten, haar gezichtsuitdrukking niets prijs lijkt te geven. Het zijn zogenaamde ‘deadpan’ gezichten, uitdrukkingsloos. Daarmee schept ze ook wat ruimte om meer afstand te kunnen nemen van haar persoonlijke. het past in het theater en het spel van rollen dat niet zozeer verwijst naar dat ene individu maar naar anderen.

De attributen kunnen in portretfotografie een rol spelen als het gaat om de betekenis van het beeld. Ook hier is dat het geval. Maar het gaat verder door de huiselijke rekwisieten die ze gebruikt. Bovendien maakt ze haar foto’s in een huiselijke omgeving, haar eigen huis of die van haar ouders. Dat alles geeft een zekere laag van echtheid. Die echtheid naast het theatrale maakt dat ik het ongemakkelijke van de beelden voor lief neem. Nog sterker dat ik haar wel een heldin vind dat ze met deze zeer persoonlijke beelden wil vertellen wat voor heel veel mensen herkenbaar is, en dat geldt zeker niet alleen voor de forse mensen. Acceptatie, inclusiviteit en het anders zijn, worden op een andere -niet zo’n gebruikelijke manier- verbeeld.

Sommige foto’s en video’s bekijk ik nog steeds met een gevoel van afkeer, maar het zet mij wel aan het denken, wellicht geldt dat ook voor jou.

Kijk zeker op haar website naar het fotowerk én de korte video’s.

de fotograaf die heel dichtbij komt

# 28 MARTIJN VAN DE GRIENDT

Wellicht is Martijn van de Griendt voor de meesten een bekende en is deze blog voor hen dus overbodig. Hij draait namelijk al heel wat jaartjes mee in het professionele circuit van de Nederlandse documentaire fotografen. Eind 2019 was bijvoorbeeld de grote expo ON/OFF van zijn hand in het Rijksmuseum te Amsterdam. Het betrof een opdracht en Martijn zei daar destijds zelf over: “We maken oneindig veel beelden van onszelf, zijn bezig met hoe anderen ons zouden kunnen zien. Onze mobiele telefoon loodst ons door het leven en vertelt ons wie we (willen) zijn, waar we zijn, met wie en waarom. Ons mobiele oog mag zelfs mee naar de urinoirs van Lowlands: ”Kijk mam, zonder handen”. Naast de expo verscheen er een boek met de titel ‘u bevindt zich hier’, zijn tiende soloboek!

Vorige week zaterdag gaf Martijn een lezing voor de landelijke groep BMK van de Fotobond, het centrum van de vrijetijdsfotografie. Inmiddels de 50 gepasseerd, ‘net zoals hij zelf zegt’, weet hij als geen ander de wereld van de jongeren in beeld te brengen. Zijn manier van werken én zijn beeldstijl getuigen van de grote vaart, hectiek, diversiteit én eigenheid van de jeugd van vandaag.

Martijn is de fotograaf die toegelaten wordt tot die wereld, zonder taboes of geheimen, schaamte of anderszins. Daarmee wordt hij in de gelegenheid gesteld een intieme blik van hun leefwereld te geven. Echtheid, puurheid zo zou je zijn fotografie kunnen typeren. Scheve beelden, afgesneden koppen en ledematen, flink verzadigde kleuren -soms zelfs schreeuwend- en op het beslissende moment -ogenschijnlijk met enige toeval- zodanige composities dat je echt zelf bij de gebeurtenis aanwezig bent.

Martijn liet tijdens de lezing ook een fragment zien uit zijn film over Maria. Later thuis heb ik de gehele film, uitgezonden door de EO op 2DOC, gekeken. Het kan welhaast niet anders dat bij het zien van de film er nogal wat emoties los komen. Opvallend is de openhartigheid van Maria, soms voelde dat met een zekere schaamte vanwege de vraag of zoveel intimiteit wel gedeeld moest worden. Het laat ook het geweldige vertrouwen zien dat Maria aan Martijn schenkt. Pijnlijk dat mensen zoals Maria dit bestaan leiden. Als je het ontdoet van alle begrip kun je misschien zeggen dat ze het er zelf naar maakt. Maar wie met medemenselijkheid kijkt zal ervaren dat veel meer mensen in situaties kunnen komen te verkeren die vergelijkbaar met Maria zijn. Niet oordelen of veroordelen is in deze van belang en dat is ook wat Martijn doet. Hij toont de rafelranden van het leven die voor sommige jonge mensen een geweldige impact krijgen en waarvoor onze samenleving maar marginale oplossingen biedt.

Maria | © Martijn van de Griendt

Maria leest in de film haar afscheidsbrief voor aan Martijn. Ze laat een foto zien ‘die ze wel zes keer heeft bewerkt’ op haar laptop: haar grote, bruine ogen kijken de camera in. Op haar slaap rust de loop van een pistool. Het meisje uit Eindhoven, dat uit Brazilië geadopteerd werd toen ze drie maanden oud was, heeft haar capuchon over haar hoofd getrokken. Met lege ogen kijkt ze Van de Griendt aan. De fotograaf vraagt hoe het nu met haar is. Ze is net thuis van een spoedopname in een psychiatrisch ziekenhuis, na een enorme inzinking. “Hetzelfde”, zegt ze.

Het is zeker geen vrolijke film (leefgdtijdsgrens is 12 jaar). Een van de indringendste films over een Nederlands vrouw die in de afgelopen jaren is uitgebracht. Het is zeker geen speelfilm maar een documentaire waarin veel wordt gevraagd van het inlevingsvermogen van de kijker. Dus als je …. kijk dan hier! (LET OP: je moet de twee korte reclamefilmpjes vooraf wel op de koop toe nemen.)

Van de hand van Martijn van de Griendt verschijnt het komende jaar een nieuwe film over jeugd in Nederland. Zie de trailer op voordekunst: ROBBIE, EMMA & ALEX: DE HEILIGE DRIE-EENHEID

Kijk ook op de website van Martijn van de Griendt voor de vele boeken die hij reeds maakte en de grote partij prachtige eigentijdse beelden van jongeren. En maak kennis met zijn sterke beeldtaal waardoor betekenissen overtuigend en met zeggingskracht overgebracht worden!

de kracht van een serie

# 27 Gabriele Galimberti

uit de serie HOME PHARMA | © Gabriele Galimberti

In bijna elk land in de westerse wereld, verstopt in een hoekje van de badkamer of keuken, stapelen pillen, capsules en zalfjes zich op. Alleen al in Frankrijk zal bijna een op de twee medicijnen niet worden geconsumeerd. In tegenstelling tot dit verkwistende gedrag lijden ontwikkelingslanden aan een chronisch gebrek aan toegang tot gezondheidszorg. “Home Pharma” documenteert onze relatie met medicijnen in de eenvoudigst mogelijke bewoordingen. Om te laten zien dat medicijnen niet zomaar handelswaar zijn, maar een lakmoesproef zijn van de samenleving waarin we leven, dringt dit project door tot de intimiteit van gezinnen over de hele wereld.

Gabriele Galimberti, geboren in 1977, is een Italiaanse fotograaf die nauwelijks verblijft in zijn geboortestreek Toscane. Hij reist voor zijn fotoreportages over de hele wereld. Daarbij is steeds sprake van langlopende projecten waarbij de typologische beeldtaal een belangrijk uitgangspunt is.

Sommige daarvan zijn in boekvorm uitgebracht, zoals Toy Stories, In Her Kitchen, My Couch Is Your Couch en The Heavens. Deze laatste serie maakte hij samen met Paola Woods, een Nederlands-Canadese fotograaf, regisseur, curator en docent. Ook in zijn werk vind je typologische kenmerken, weliswaar iets minder ver doorgevoerd dan bij Galimberti.

Galimberti is een documentair fotograaf die door de enscenering in zijn werk een hoge mate van originaliteit bereikt. De werkelijkheid lijkt in zijn foto’s overstegen te worden door zijn creativiteit en zijn (ver)beeldingskracht. Het werk wordt liefdevol getoond en tegelijkertijd ligt er (vaak) een redelijk harde werkelijkheid onder. Bij aspecten van onze samenleving worden op zijn minst vraagtekens geplaats door de mensen te portretteren met hun eigenaardige verzamelingen. Zijn foto’s hebben een relatie met foto’s die mensen zelf zouden posten op de social media als facebook of insta. Daarmee is er de correlatie met het ‘echte’ leven, maar door zijn fotografisch vernuft krijgen de foto’s ook een vervreemdend karakter. De surrealiteit van de foto’s, vooral door het seriële, maakt dat je nog meer de betekenis van deze ‘gewone hedendaagse wereld’ gaat beschouwen. Ik beleef genoegen aan zijn fotografie en tegelijkertijd drukken de foto’s mij op de feiten. Ik kan me niet voorstellen dat we zoveel bezittingen nodig hebben, zoveel wapens, medicijnen of kinderspeeltjes.

Voor zijn serie over wapenbezit is hij naar alle uithoeken van de Verenigde Staten gereisd, van New York City tot Honolulu. De wapenbezitters lieten hem met trots hun arsenaal aan ‘killing-machines’ zien. Galimberti slaagt erin om de dubbelheid van trots en het verderfelijke van dit bezit in zijn foto’s weer te geven. Daarbij vertelt het situationele, de omgeving waarin ze gefotografeerd zijn, ook het een een ander over wie ze zijn. Wat het in mijn ogen extra maakt is het onverwachte dat in elk van zijn foto’s wel ergens aanwezig is.

Uit de serie The Ameriguns | © Gabriele Galimberti 

De helft van alle vuurwapens ter wereld die in het bezit zijn van particulieren voor niet-militaire doeleinden, bevindt zich in de Verenigde Staten van Amerika. Het totale aantal overtreft inderdaad de bevolking van het land: 400 miljoen wapens voor 328 miljoen mensen. Dit is geen toeval en ook geen marktgerelateerde kwestie: het is veeleer een kwestie van “traditie” en grondwettelijke garantie vastgelegd in het tweede amendement, geratificeerd in 1791. Deze wet verzekert de inwoners van de nieuwe onafhankelijke gebieden dat hun federale De regering zou op een dag haar gezag over hen niet kunnen misbruiken, en ze hebben het recht om wapens te dragen gegarandeerd.

Gabriele werkt aan zowel solo- als gedeelde projecten en ook aan opdrachten voor internationale tijdschriften en kranten zoals National Geographic, The Sunday Times, Stern, Geo, Le Monde, La Repubblica en Marie Claire. Zijn foto’s zijn tentoongesteld in shows over de hele wereld, zoals het bekende Festival Images in Vevey, Zwitserland, Le Rencontres de la Photographie in Arles (daar zag ik de serie The Heavens samen met Paolo Woods voor het eerst) en het beroemde V&A museum in Londen. Gabriele won de World Press Photo 2021 in de categorie “Portrait Stories” met zijn project THE AMERIGUNS

Neem zeker een kijkje op zijn website !

de betovering van de melancholie

# 26 CLAUDINE DOURY

Wim Poland, fotovriend, vroeg me vorige week of ik het werk van Claudine Doury kende. Wim denkt misschien dat ik iedereen ken, wat natuurlijk niet zo is. “Kijk maar eens”, zo stelde hij voor. Inmiddels heb ik al menig uurtje op haar website doorgebracht en allerlei publicaties die aan haar fotografie zijn besteed gelezen. Wat dat betreft hoef ik er eigenlijk geen blog over te maken. Haar naam googelen is voldoende voor iedereen en brengt je waarschijnlijk in dezelfde stemming als waarin ik geraakte.

uit de serie Sasha | © Claudine Doury

In elke foto lijkt melancholie en verstilling te zitten. Het lijkt de werkelijkheid en is tegelijkertijd zo dromerig dat er een andere wereld lijkt op te doemen, een binnenwereld. Ze roept naar mijn idee vragen op over relaties, tussen mensen, tussen natuur en mens en raakt met haar fotografie de grenzen aan intimiteit en puurheid.

Een van haar laatste series is Sasha. In deze nieuwe serie volgt zij haar dochter in de overgang van kindertijd naar jong volwassene. Zelf zegt ze dat niet de feitelijkheid is wat ze in beeld wil brengen, maar juist het verborgen gezicht van deze fase, waarin innerlijkheid, stiltes en kwetsbaarheid zichtbaar worden.

Aanvankelijk werkte ze in zwart-wit. In haar huidige series zijn het licht en de gematigde en weinige kleurtinten belangrijke beeldmiddelen om de kalmte en stilte in de beelden te creëren. Ook haar andere series zijn zeer de moeite waard om bekeken te worden. Dus op naar haar website! O, ja en met dank aan Wim Poland natuurlijk! Ook op zijn website is het prettig kijken.


Claudine Doury is sinds 1991 lid van het bureau Vu. Voordat ze fotograaf werd, was ze fotoredacteur bij het bureau Gamma, daarna bij het bureau Contact in New York en Libération, het Parijse dagblad. 

Haar fotografisch werk over mensen en hun dagelijks leven heeft haar de hoofdprijzen opgeleverd van de Niépce-prijs (2004), de Leica Oscar Barnack-prijs (1999) tot de Prijs Marc Ladreit de Lacharrière – Académie des Beaux-Arts in 2017. Ze heeft inmiddels vijf boeken gepubliceerd: o.a. Peuples de Sibérie (het eerste boek in 1999) en het laatste Amour (2019). En natuurlijk Sasha (2011), het boek waar je nu al gauw een bedrag van pakweg 300 dollar moet neertellen.

Haar projecten worden vaak op grote schaal geëxposeerd en behoren tot belangrijke museale en particuliere collecties. In de zomer van het afgelopen jaar (2022) was ze als fotograaf/docent op het mondiale en prestigieuze fotofestival in Arles aanwezig.

LA FAMILLE

# 25 ALAIN LABOILE

Ik keek laatst TV naar een heel huis vol. Levendige aanstekelijke emo-tv. Grote gezinnen, je ziet er nog maar weinig van. Het gezin als hoeksteen van de samenleving was lang een kenmerkende opvatting van het CDA. De huwelijkse staat van de christendemocratie lijkt inmiddels wel achterhaald. Nochtans is het reilen en zeilen in de grote gezinnen mooi om te zien. De vader als de patriarchaal die meestal alleen de kost verdient, soms met een van de 10 kinderen die ook al volwassen is. Immers de leeftijdgrenzen van de jongste en de oudste uit de kinderschare lopen al wel gauw twee decennia uiteen.

De Franse fotograaf Alain Laboile heeft ook een groot gezin. Hij is naast fotograaf vader van zes kinderen. Aanvankelijk was hij een beeldhouwer. Pas in 2004 toen hij voor een expositiebrochure zijn beelden moest vastleggen kocht hij een camera. Hij ging steeds meer fotograferen, eerst insecten en wat later ging hij ook foto’s maken – zoals zovelen – van zijn jonge kinderen. Dat werd op een gegeven moment zijn belangrijkste bezigheid als vader én kunstenaar. De fotograaf was geboren!

Nu, nog geen twintig jaar later is hij ‘wereldbekend’. In 2012 verscheen zijn eerste fotoboek ‘wachtend op de postbode’ en in 2013 werden zijn foto’s tentoongesteld in heel veel landen, van Frankrijk tot Brazilië. In 2015/2016 exposeerde Laboile in Centre Céramique in Maastricht met ‘La Famille’. Een collectie van zijn werk is permanent opgenomen in het Franse Museum voor Fotografie.

uit de serie ‘La Famille’| © Alain Laboile

Als ik op zijn website kijk, ervaar ik aan de hand van de foto’s zijn grote creativiteit. Hij hanteert zowel inhoudelijk als in zijn fotografische uitdrukking een afwijkend standpunt. Er zit in veel van zijn foto’s een onverwachte voorstelling van zaken, terwijl het feitelijk gaat om gewoon dagelijkse dingen. Hij weet dus te verrassen. Er zit ook een geweldige spontaniteit en vaart in de beelden. Wat dat betreft kan zijn werk doorgaan voor een filmische beeldstijl.

Alledaags heel bijzonder

uit de serie ‘La Famille’| © Alain Laboile

Neem zeker een kijkje naar La Famille maar ook naar de andere series op zijn website.

Ik noem haar een topper

Patty Willeboordse, de eerste vrouwelijke chef d’equipage bij de Koninklijke Marine | © Colette Lukassen

Laat ik er geen misverstand over bestaan. Het is niet de vrouw die hierboven is afgebeeld, alhoewel zij waarschijnlijk in haar kringen zeker ook als een topper gezien zal worden. De fotograaf die de foto maakte behoort in mijn ogen tot de top van de Nederlandse fotografen.

# 24 Colette Lukassen

Vorige week was de opening van de expositie Mens op zee, Portretten van Marva’s (Marinevrouwen) . Colette vertelt me dat daarbij meer dan 700 bezoekers aanwezig waren. Foto’s van Colette tussen gerenommeerde fotografen die de mens en de zee in het heden en verleden vastlegden.

De expositie is te ziien van 7 oktober 2022 t/m 28 Mei 2023. Scheepvaartmuseum Amsterdam. Voor verdere informatie kijk op de website van het museum.

Colette is autodidact en fotografeert haar documentaires en portretten vanaf 2012.
Haar eerste expositie was in 2016 in het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis onder de titel “Vertel nog eens over de oorlog’ met portretten van oorlogsgetuigen. 
Haar huidige expositie ‘Mens op Zee’ met portretten van Marva’s (Marinevrouwen) is van 7 oktober 2022 tot 29 mei 2023 te bewonderen in het Scheepvaartmuseum te Amsterdam.
Tussen de eerste en nu de huidige tentoonstelling exposeerde Colette nog op zo’n twintig andere locaties, zowel in binnen- als buitenland.
Daarnaast vielen een groot aantal belangrijke onderscheidingen haar ten deel, zoals de 
overall winnaar National Geographic met ‘Emma’ (2019), vakjuryprijs van de NRC (2017 en 2019), winnaar Rabobank Dtch Photography Portrait Talent Prize (2020). Werk van haar werd aangekocht o.a. door het Ministerie van Cultuur, Rabobank Kunstcollectie en gepubliceerd in het internationale GUP magazine.

Grote bekendheid verwierf ze vanwege het project Emma en nog steeds volgt ze haar. Het nieuwe project in wording is IKKEN. Kijk op haar website voor meer informatie en nog meer beelden.

uit de serie IKKEN | © Colette Lukassen

documentair portret

# 23 Chris Maliwat

the Damm family | © erven Mary Ellen Mark

In mijn lezingen over documentaire fotografie gebruik ik de omschrijving die Ton Hendriks (auteur van het boek beeldspraak) hanteert. ‘Het documentair portret is verwijzend naar omstandigheden of situaties’. Een beroemd voorbeeld is de foto die Mary Ellen Mark van ’the damm family’ maakte.

Gisteren kwam ik op instagram per toeval een hedendaagse vrijetijdsfotograaf tegen die nagenoeg dagelijks documentaire portretten maakt, Chris Maliwat.

uit het boek METROGRAM | © Chris Maliwat

Een reeks portretten, afgewisseld met een enkele situaties, dat is het boek Metrogram van amateurfotograaf Chris Maliwat. Hij is geïnspireerd door fotografen die al eerder de subway van New York documenteerden. Walker Evans maakte rond de jaren 1936 zijn serie subway. Anoniem, zonder contact te maken om op die manier een tijdsbeeld te maken van ‘de gemiddelde werkende Newyorker’. Zo die bestond dan heeft Evans daar een beeld aangegeven.

Bruce Davidson maakte eind jaren zeventig van de vorige eeuw baanbrekende kleurenfoto’s over de Subway.

© Bruce Davidson uit het boek over de metro in New York jaren 80

Niet geënsceneerde portretten

Chris Maliwat maakte de -niet geënsceneerde- portretten van gewone mensen met zijn mobiele telefoon. De metro in New York is de grootste in de wereld, groot qua lengte en het aantal stations. Ik weet niet of Chris alle haltes heeft aangedaan, maar het is een lijvige serie geworden waarbij de mensen niet gehinderd worden door de blik van de fotograaf met camera. Je maakt met hen de subwaytrip, als forens, als bezoeker of passant. Gewoon iets van alledag. De foto’s zijn meer dan dat. Het alledaagse wordt verdiept door het moment en kader van de fotograaf en doordat hij een grote reeks beelden toont. Het lijkt bijna het bewijs van ‘KIJK ZO IS DE METRO’. Via de tumbrl site kun je METROGRAM volgen. Ook op het instagram account vind je zijn foto’s.

uit het boek METROGRAM | © Chris Maliwat

Een plus een is drie

# 22 Jean-Luc Coudun

Uit de serie ‘PAUZE’ | © Jean-Luc Coudun

De titel van deze blog zal zeer waarschijnlijk niet bij Jean-Luc Coudun zijn opgekomen. Het is mijn bloggersvrijheid die me daartoe heeft besluiten. Het is niet helemaal nieuw wat deze Fransman doet, verschillende beelden samenvoegen. Op een dusdanige manier dat het twee afzonderlijke beelden blijven. Je ziet ook foto’s waarbij het ene beeld als het ware overgaat in het andere maar bij Coudun niet. Zelf zegt hij dat hij met zijn collages het verdriet en zorgen van personages wil oproepen. Op deze manier is hij in staat om emoties op te roepen of soms juist wat te temperen.

Als je op zijn website kijkt zie je verschillende series waarbij hij beelden combineert. Überhaupt heeft zijn werk een poëtische inslag. Emoties die verwijzen naar mijmering, iets van droomachtigheid of wat van droefenis zijn veelvuldig in zijn werk te ervaren. Misschien komt het door zijn achtergrond. “Ik kom uit een kunstenaarsgezin maar heb ruim dertig jaar gewerkt in de zakelijke industriewereld. Ik kon daardoor weinig tijd en energie besteden aan kunst en fotografie. Dat is pas ontstaan na een relatief korte fotografieopleiding, nu zo’n 12 jaar geleden.

Uit de serie ‘PAUZE’ | © Jean-Luc Coudun

In de serie PAUZE zijn naar mijn idee de foto’s heel intuïtief bij elkaar gebracht. Daarmee zijn het ook heel persoonlijke invoelende totaalbeelden geworden. Je moet er als beschouwer dan ook niet al te veel rationele verklaringen voor proberen te vinden. De verbinding zit meer in de ervaren emotie. Mooi werk voor de meer ‘zachtere’ fotografen onder ons. Of zijn we allemaal fotografen met een zachte (emotionele) kant naast het meer zakelijke en rationele in ons. Nou laten we het hopen, denk ik.

Uit de serie ‘Jean Claud’ | © Jean-Luc Coudun

Overigens is de serie Jean Claud een mooi voorbeeld hoe je deze poëtische stijl in een documentair project kunt toepassen.

Uit zijn biografie: Ik ben een auteur fotograaf. Mijn werk als auteur richt zich op persoonlijke series rond mijn dierbaren, het dagelijks leven, het verstrijken van de tijd of zelfs de zin van het leven. Het is vaak een introspectief werk.

Zowel zichtbaar als onzichtbaar

# 21 Rebecca Horne

z.t. uit de collectie ‘vaartuigen’ | © Rebecca Horne

Misschien vraag je je wel af bij het zien van dit beeld of Rebecca Horne een fotograaf is. In ieder geval maakt ze kunst en op haar website spreekt ze nadrukkelijk over fotografie en noemt ze zich fotograaf. Ze maakt niet zo voor de hand liggend werk. Het lijkt of je kijkt naar een niet bestaande werkelijkheid. Een geconstrueerde wereld.

Ik herinner me het werk van Peter Ruting (1938-2015) die rond de tachtiger jaren in de vorige eeuw stillevens componeerde met flessen, balletjes, kersen en ander gerei waarbij je in verwarring raakte over wat voor of achter was. Iets soortgelijks is met het werk van Horn, maar dan toch weer anders. Frappant is wat mij betreft de keuze van de materialen en de voorwerpen. Ze speelt met ogenschijnlijke diepten in het beeld en maakt vloeiingen waardoor er ook een soort van tijdselement wordt toegevoegd. Het werk krijgt een filmisch karakter, alsof je getuige bent van haar handelingen om de nieuwe situatie te creëren.

Zelf zegt ze: ‘Mijn onderzoek gaat over tegenstellingen zoals het contrast van de vlakheid met het volumineuze. Het vloeibare en het vaste, de stilte en het geluid, de wetenschap met het metafysische.”

Zo stelt ze zich vragen over de symboliek van bepaalde dingen. Zo kun je een schip benaderen als een plaats, een potentieel, een ruimte die wordt ingenomen. Maar een schip is ook een bewegend geheel, dat gaat van A naar B. Ze lijkt daarmee materie te bestuderen als een metafysische grootheid. Niet als bovennatuurlijk maar als boven tijd-en-ruimte.

Haar artist statement ligt verder tipjes van de sluier op. “Als kind ging ik met mijn vader op archeologische opgravingen. Kleine scherven en pijlpunten onthulden verhalen die het land om ons heen verrijkten. Veel van mijn kunstwerken verbeelden zowel zichtbare als onzichtbare fenomenen. Mijn foto’s zijn cycli. Mijn foto’s zijn performances. Mijn foto’s zijn experimenten. Ze beginnen als tekeningen, worden dan tijdelijke constructies waarmee interactie wordt aangegaan, gefotografeerd en dan weer plat worden. In een alchemistisch proces van spelen en plannen kan materie koolstofmoleculen zijn of planeten in eclips, portalen of oplossen in geluidsgolven. 

Maak nader kennis met het bijzondere werk van deze fotograaf en bezoek haar website.

We are all in this production

# 20 John Goldsmith

from the series ‘we are all in this production’ | © John Goldsmith

John Goldsmith is een ware kunstenaar als het gaat om straatfotografie. Hij is naast fotograaf ook adviseur en professionele drukker. Ik vind het geweldig boeiend hoe hij in zijn werk op zoek gaat naar de grenzen van licht en donker. Vooral het donker schuwt hij niet. Daardoor ontstaan er beelden die de werkelijkheid overschaduwen, zowel letterlijk als figuurlijk. De straat wordt een theater in zijn fotografie waarin op verschillende plaatsen in het beeld ‘acteurs’ en ‘decorstukken’ lijken te verschijnen. De hectiek van de straat wordt met donkere vegen en lichte strepen of vlakken teruggebracht tot een adembenemend ritme. Een beeldstijl die zeker wel wat overeenkomsten vertoont met die van de magnumfotografen Trent Park en Alex Webb. Goldsmith onderzoekt in zijn werk de meer filosofische en beschouwende kant van de documentaire fotografie. Op zoek naar verhoudingen in het straatbeeld en en menselijke interactie zonder de waarheid te vertellen over de feiten. De sfeer die hij daarmee creëert draagt nog eens extra bij aan ‘het theater van de werkelijkheid’.

John Goldsmith, geboren in Detroit, woont en werkt thans in Vancouver. Hij is tevens één van de oprichters van het collectief met de website strange.rs. Zeer aan te bevelen om ook daar een kijkje te nemen. Surf door de projecten of maak kennis met andere fotografen (met linkjes naar de desbetreffende websites). Kijk eventueel ook nog even op de website van leicaliker naar het werk van Goldsmith.

John Goldsmith zegt over zijn foto’s onder andere: “Het zijn visuele puzzels waarbij ik niet de neiging heb om de waarheid binnen de vier lijnen van het kader te plaatsen. Veel plezier beleef ik aan de dubbelzinnigheid van de fotografie. Ook het onvolledige beeld spreekt me zeer aan. Iedereen die geïnteresseerd is in straatfotografie, moet beginnen te experimenteren met verschillende stijlen en deze vanuit hun eigen gezichtspunt proberen te benaderen. Begin met het fotograferen van de dingen of situaties die belangrijk voor je zijn. Veel mensen zijn bang om vreemden te fotograferen, maar dat is niet de realiteit. Je wordt vaker gehinderd door het idee dan door de feiten.”