DE MUZE

Frans Artz schrijft …

“Op de kunstmarkt heb ik haar ontmoet. Zij luisterde aandachtig naar mijn verhaal, begin augustus, van verdriet en vrolijkheid zichtbaar in mijn kunstwerken met bloemen als metafoor.

Ik vind je mooi, mag ik je fotograferen vroeg ik haar, dan maak ik een kunstwerk van jouw foto.

Zij boog zich voorover en i.p.v dat zij mijn corona app checkte wilde ze mijn instagram account zien. Ze knikte goedkeurend en zo is onze instagram liefde uitgegroeid tot een platonische liefde en een samenwerkingsverband “Made for Ella.”

“Ella & Frans – Wij delen ons verdriet, pijn en angst om haar te verliezen.”

Ik wil Frans en Ella hartelijk bedanken voor de prachtige peroonlijke woorden en foto’s. Ongetwijfeld voor velen een mogelijke inspiratiebron!

Voor als je verder wilt kijken

Frans Artz: http://www.fransartz.nl/

Instagram https://www.instagram.com/franciscus_bosch_was_here/

alle bovenstaande foto’s en berichten © Frans & Ella


Als de kunstenaar zijn muze gevonden heeft, bestaat het enkelvoud niet meer. De muze en de kunstenaar gaan in elkaar op. Ze wanen zich verloren als de ander ontbreekt. De godin van de Kunst heeft haar intrede gedaan en de ontmoeting moet voor eeuwig vastgelegd worden. Kijk maar naar het werk van Frans & Ella, de foto’s de teksten, de uitingen…. Kunst is alles, allesomvattend, de mens, het heelal, dat wat je ziet en wat je niet ziet, wat er wel en niet is. ALLES!

FOTO’S WAAR IK VAN HOU

Eric Kim, beeldend kunstenaar, fotograaf, straatfotograaf, blogger, ….. schreef in een van zijn laatste nieuwsbrieven over de foto’s uit zijn archief die hem verrassen en steeds opnieuw blijven verrassen. Kennelijk zijn er ‘eigen’ foto’s die je blijven verrassen en waarvan je blijft houden. Zijn het je beste foto’s ? Die vraag roept al meteen een andere vraag bij me op. Wat betekent beste in relatie tot je eigen archief. Een atleet kan wellicht ‘zijn/haar beste prestatie ooit’ zo benoemen, misschien wel uit een lijst van records plukken. De meest waardevolle prestatie is mogelijk een heel andere. Wellicht die eerste sprong na een maandenlange revalidatie van een ernstige knieblessure.

Op dit moment geef ik voor de zoveelste keer een cursus over jureren van foto’s. Gelukkig leren de deelnemers, en ik ook steeds opnieuw, dat er harde criteria zijn waarop je kunt beoordelen. Harde criteria die bijna altijd te maken hebben met WAT en HOE er gefotografeerd is. Bij het onderwerp of thema laten we ons vaak leiden door het bekende, het doorleefde portret, het angstige jongetje in de nabijheid van een grote roofvogel of de fraaie aangelegde paleistuin. Soms zien we parallellen met foto’s die in ons geheugen gegrift staan.

WP 1972 PHOTOGRAPHER © NICK UT

Zoals het ‘napalm-meisje’ -Kim Phuc- uit de vroegere Vietnamoorlog (World Press 1972), de meer recente foto over een Russisch homoseksueel stel tijdens een intiem moment (WP 2014) of de omhelzing van de verpleegster met de oudere vrouw ten tijde van corona (WP 2021).

85-year-old Rosa Luzia Lunardi is embraced by nurse Adriana Silva da Costa Souza. The first hug she receives in five months. | © Mads Nissen WP 2021

Overigens werden de twee laatstgenoemde foto’s gemaakt door één fotograaf namelijk de Deen Mads Nissen. Is de maatschappelijke en nieuwswaarde bij een ‘wedstrijd als World Press’ vaak leidend, heel anders is het bij fotowedstrijden van bijvoorbeeld de Fotobond.

Vrijetijdsfotografen die fotograferen wat ze leuk vinden. Soms bijna op het professionele af, vaak als een fijne hobby of als herinneringsfotografie.

Foto’s worden in wedstrijden beoordeeld op de betekenis die ze voor anderen hebben, met name voor de juryleden dus. Het gaat dan niet over de foto waarvan jij als maker het meest houdt, of het meest mee hebt, of het meest waardevolle voor jou weergeeft van een bepaalde situatie of moment. De betekenis wordt ook ontleend hoe jij de foto hebt vormgegeven. Zijn de afdrukken scherp (of juist onscherp), is er goed gekeken naar het licht en het verloop in kleur- of zwart-witcontrasten. En natuurlijk de compositie, daar zijn in vroegere tijden -en nog steeds- boeken van vol geschreven. Op veel foto’s kun je deze ‘harde criteria’ als jurylid toepassen.

Ik kreeg een digitaal bloemetje van haar | © Rosemary

Maar er zijn ook foto’s waarvoor die vlieger niet opgaat. Ik noem dat de ‘binnen’ foto’s. Foto’s die geen onderwerp bezitten, althans niet als zodanig herkenbaar. Vaak abstracte foto’s waar kleur en vorm de overhand lijken te hebben. Foto’s die meer schilderij zijn dan een afbeelding of verbeelding van de werkelijkheid. Foto’s die volgens onze Zuiderburen privaat zijn, en dan bedoelen ze niet de naakte figuurstudie. Foto’s die voor de maker een betekenis hebben, die een bepaalde stemming of gevoel weergeven, die meer zeggen over het innerlijk van iemand dan over het ‘uiterlijk van de wereld’. Daarmee wil ik geenszins zeggen dat foto’s ‘die ergens over gaan’ niet te maken hebben met het innerlijk van de fotograaf noch van de beschouwer van zo’n foto. We worden beroerd of geraakt door wat we zien, we maken onze eigen voorstelling en we denken (en voelen) er ‘het onze’ van (bij). Het WAT en het HOE leidt ons daarin, het geeft houvast in de interpretatie en de waardering, van willekeurige beschouwer, fotoanalist of jurylid. Bij de ‘binnen’ foto’s ligt dat vaak een stuk minder eenvoudig. Een ‘binnen’ foto wordt niet gemaakt vanuit een formalistisch standpunt, het wordt niet gemaakt vanwege de esthetiek of de techniek. Het wordt zelfs niet gemaakt om een verwijzing te maken naar de wereld als zodanig. Vaak beschouwen we dergelijke foto’s door een verbinding te maken, een voorstelling, met het ons bekende. “Ik zie er wel een gezicht in of een landschap, of is het misschien het universum.”

Maria Magdalena | © Rosemary

Een ‘binnen’ foto is niet het synoniem van een abstract beeld. Nee, het is de creatie, de vertaling, van het innerlijke tot een nieuw en persoonlijk beeld. In hoeverre dat communiceert, bij het grotendeels ontbreken van een fotografisch uitgangspunt, is bijna geen vraag meer, eerder een open deur. Zijn ‘de wetten’ van een jurering nog wel aan de orde. Is het jureren van dergelijke foto’s überhaupt nog wel zinvol. Een persoonlijke ‘binnen’ foto is het optima forma van (wat in Nederland genoemd wordt)  ‘Miksang’. Diana Bokje spreekt in haar boek van Maken tot Raken [paperback, 192 pagina’s Diana Bokje, ISBN 9789463562164 | 2021 uitgever van Duuren Media] over Mindful fotograferen als het fotograferen zonder filters. Filters die in de fotografie gangbaar zijn en die (be)oordelend zijn zoals: dit is artistiek onderwerp, alles is al gefotografeerd, het hoofdonderwerp hoort in het midden te staan, deze kleur is afwijkend, dit is een afbeelding, …..

Introspection | © Rosemary

Ongetwijfeld zijn de ‘binnen’ foto’s die ik bedoel, los van welk filter dan ook gefotografeerd. Jury’s kijken zonder twijfel met kennis van zaken, maar zeker ook met fotografische filters als het feitelijke houvast (in casu de criteria). Daar waar fotografische filters niet aan de orde zijn en vervangen worden door persoonlijke filters, verliest de jurykeizer zijn recht. De criteria op grond waarvan het beeld beoordeeld kan worden, hebben afgedaan. Dergelijke foto’s moeten in de boezem blijven van degene die ze creëert, hooguit gedeeld worden met intimi of met ter wille zijnde fotografische vrienden die zich nader met de persoonlijke weg van de auteur willen verhouden.

De stelling zou kunnen zijn dat fotografen van ‘binnen’ foto’s niet verleid moeten worden tot het insturen voor fotowedstrijden of anders gesteld ‘binnen’ foto’s moeten worden uitgesloten van deelname aan fotowedstrijden.

Hoeveel foto’s heb jij? Foto’s waarvan je blijft houden en die je blijven verrassen!

Deze blog heb ik geschreven naar aanleiding van een brief van Rosemary, een bevriende fotografe, die persoonlijke (‘binnen’) foto’s maakt en in een landelijke wedstrijd van de Fotobond met haar twee foto’s op de laatste en de voorlaatste plaats eindigde. Met dank aan haar voor het beschikbaar stellen van enkele foto’s [met titel] voor deze blog.

De ene kleur is de andere niet!

REGENBOOGKLEUREN

M&M BERLIN

In oktober 2021 opent M&M haar tweede flagstore in Europa. Na Londen nu Berlijn. Ik was er een week na de opening. De gele, rode, blauwe en paarse snoepjes vlogen me niet om de oren vanwege de verplichte mondkapje. Maar dat zal na de pandemie wel anders zijn om van allerlei andere M&M’s merchandise nog maar niet te spreken. In 2018 behaalde het Amerikaanse bedrijf -tijdens de tweede wereldoorlog opgericht door de heren Mars en Murie- [thans Mars incorperated] een omzet van 37 miljard Amerikaanse dollars. Hoeveel van die gekleurde snoepjes daarvoor geproduceerd werden vermeldt de website niet, maar gelukkig valt het wel mee met de kleurstoffen, tenminste als je maar één snoepje neemt. Er was een tijd dat de kleur rood vanwege de kleurstof verboden was, maar dat is al weer een hele poos geleden. Alle kleuren mogen al lang weer en je houdt het nauwelijks voor mogelijk hoe groot het kleurenpalet in de flagstore in Berlijn is. ‘Minstens de regenboogkleuren’ denk ik. Misschien willen ze daarmee wel een statement maken. Ik was er overigens met twee van onze kleinkinderen en tja, zij konden de verleiding ook niet weerstaan.

Op de site lees ik. “Het snoepmerk zegt te hebben gekozen voor plekken waar de consument een winkel van het merk verwacht. De flagshipstores zullen aansluiten op ‘de cultuur en geest’ van de lokale community, zowel op het gebied van assortiment als van winkelinrichting. Bezoekers kunnen in de nieuwe flagshipstores M&M’s personaliseren en daarnaast zullen er nieuwe interactieve functies te zien zijn. Daarnaast blijft er ruimte voor ‘klassieke’ winkeltoevoegingen zoals de ‘wall of chocolate’ en rondlopende M&M-figuren.”

En er is ook al een M&M Café, het M&M’S CAFÉ

Het M&M’S Café is het eerste in zijn soort. Elke dag geopend tijdens de reguliere winkeluren, worden gasten ondergedompeld in een visuele & smaakervaring. M&M’S Ice Cream Dips zijn een ijstraktatie in de vorm van onze M&M’S-snoepjes die in een kleurrijke laag worden gedompeld die onmiddellijk bevriest, waardoor een M&M’S-ijstraktatie ontstaat. M&M’S Mix-Ins bieden gasten de keuze uit vijf verschillende heerlijke smaken van onze M&M’S-snoepjes, gemengd voor een bevroren genot. Er worden ook versgebakken suikerkoekjes aangeboden, gemaakt met M&M’S-snoepjes die in elke hap zijn gebakken. Het Café heeft ook een assortiment aan lokale warme en koude dranken.”

# 15 ZELF in het kwadraat

JO ANN CHAUS

Jo Ann Chaus is een Amerikaanse fotograaf en woont en werkt New York. In 2016 publiceerde ze in eigen beheer “Sweetie & Hansom”. Het boek gaat over een Amerikaans gezin en geeft als het waren commentaar op familierelaties, het ouder worden en het verstrijken van de tijd, de onschuld van de jeugd, de tragische kant van een verslaving en de kwetsbaarheid van het leven. Jo Ann heeft de persoonlijke foto’s gemaakt over een periode van zeven jaar, voor en na van de tragische dood van haar zoon en broer.

Op haar website staan twee indrukwekkende series ‘Conversations with Myself‘. Het zijn zelfbeelden waarin ze de relatie onderzoekt die zij ‘met zichzelf heeft en met haar omgeving’.

© Jo Ann Chauss

Ze laat zich inspireren door gevonden en veelal oude kledingstukken, locaties die ze aantreft of naar op zoek gaat en momenten van herinnering. Het heden is in haar foto’s aanwezig en tegelijkertijd is er een soort van historisch aspect, alsof ze haar verleden en gevoelens daarover met je wil delen. Met haar foto’s neemt ze je mee buiten het directe kader van wat je ziet.

© Jo Ann Chauss

Anders dan bijvoorbeeld in het theatrale werk van Cindy Sherman [zie film stills 1974-1980 op de site van Moma] -ook zij figureerde in haar foto’s- speelt Jo Ann de rollen ‘van vrouw zijn’ op een meer metaforisch gevoelsmatig niveau.

Jo Ann en Cindy Sherman zijn van hetzelfde geboortejaar en beiden tonen met hun fotografische zelfbeelden/zelfportretten een feministische boodschap. Wat mij betreft wel op een heel eigen persoonlijke én bovenal interessant andere manier!

Neem zeker een kijkje op de website van Jo Ann Chaus. Naast de twee uitgebreide series ‘Gesprekken mij mijzelf’ is er nog veel meer te bewonderen.

FEEST

Bij de intrede van de wintertijd wordt het altijd menens in onze familie. Lotjes trekken voor suprises en planning van de verjaardagen. In onze wat ik noem binnenste familiekring -opa en oma tot en met de ‘kleintjes waarvan er inmiddels een aantal ‘de 1 meter 90 lengte’ al bereikt hebben- vieren we in december ook nog eens een vijftal verjaardagen. Niet alleen plannen maar ook cadeautjes verzinnen, kopen en maken. Een echte foto is voor de ‘kitende’ zoon of de paardrijdende kleinzoon een prima geschenk. Om de spanning erin te houden moet je dat niet elk jaar doen alhoewel fotograaf Nicolas Nixon wereldberoemd is geworden met de serie van de zussen -zijn vrouw met haar drie zussen- die hij vanaf 1975 steeds op een gelijke manier portretteerde.

1975 The Brown Sisters | © Nicolas Nixon

The serie de BROWN SISTERS, in zwart-wit, is vooral indrukwekkend vanwege het tijdsbeeld. Door de jaren heen veranderen kapsel en de kleding als modebeeld en worden hun gezichten getekend door de tijd. Sommigen menen zelfs te zien dat in de loop van de jaren de band tussen de vier zussen verandert.

2012 The Brown Sisters | © Nicolas Nixon

Dus een foto, elk jaar met Kerst is misschien toch niet zo gek. Je moet er wel op tijd mee beginnen en toegegeven het nieuwtje voor jou zal al snel als ‘gestolen idee’ gezien worden door anderen. Dus bedenk wat anders….. maar geef een foto is voor de fotograaf een goede vervanger van de slogan ‘geef een boek cadeau’.

Studentendrukwerk, behorende tot de ‘stal van Russellprint uit Groningen’ vroeg me om in het kader van de naderende feestmaand een product naar keuze bij hen te laten maken. Gratis en voor niets maar als tegenprestatie daarover een blog. Bij deze. Ik heb een foto gekozen op Forex van 60 x 60 cm. Forex is een matte, witte en lichte pvc-plaat die gemakkelijk met een haakje of een plakstrip aan de muur bevestigd kan worden. De dikte is 5 mm bij de wat grotere foto’s waardoor de foto’s mooi recht en strak gepresenteerd kunnen worden. Op de website van studentendrukwerk.nl is de foto gemakkelijk te uploaden. Uiteraard moet je zorgen dat de resolutie in orde is. Ik houd altijd 300 pixels per inch aan. Dus bij een foto (in jpg) van 60 x 60 krijg je al snel een redelijk fors bestand maar het binnenhalen gaat best snel. Als de resolutie te laag is geeft de software dat aan en je krijgt ook te zien hoe de foto op het materiaal geprint wordt. Omdat de foto zogenaamd schoon gesneden wordt heb je te maken met een afloop van een paar mm. Maar dat wijst zich allemaal vanzelf. Na drie werkdagen kreeg ik de foto keurig verpakt met de post in huis. Ik vind Forex een mooi materiaal voor grote foto’s van expositiekwaliteit waarbij de kosten redelijk zijn. Veel van mijn foto’s verdwijnen na een, soms twee, exposities in het archief. Als de foto’s in het donker worden bewaard kunnen ze met gemak na een tiental jaren zonder kleurverlies weer aan de muur is mijn ervaring. Ook in de huiskamer blijven ze een hele tijd oké en bovendien ook daar zou je wellicht elk jaar een nieuw beeld kunnen hangen. Net zoals bij de BROWN SISTERS en bovendien voor de prijs hoef je het niet te laten. Voor vier ’tientjes’ een grote Forex aan de muur!

‘in het woold’ uit het project van A naar Z | © Peter van Tuijl

GESPREKKEN MET JEZELF

Mijn vrouw zegt dat ik weleens hardop tegen mijzelf praat. Misschien doe ik dat om mezelf ergens van te overtuigen of omdat het te stil om me heen is. Ik realiseer het me niet, dus feitelijk kan er geen reden zijn om het te doen. Sommige dingen doe je zonder dat je er bij stil staat. Wat je doet gaat langs je heen. Vreemd dat anderen je dingen zien doen, waar jij geen weet van hebt en die compleet aan jou voorbijgaan.

André een subjectief portret in ‘mijn verhaal – mijn sfeer’ |© André van der Molen

Dat is geenszins het geval bij André. André is een deelnemer aan een van mijn mentoraten. Afgelopen week bracht hij een stuk of zes  foto’s mee voor zijn zelfgekozen opdracht ‘mijn verhaal – mijn sfeer’.  André wil daarbij met een zekere dramatiek op een wat indirecte wijze een verhaal vertellen. Voor het verhaal heeft hij geen concrete titel bedacht. Wij, de deelnemers en ik als coach, gaan in de komende maanden aan de hand van zijn foto’s het verhaal proberen te begrijpen. Op die manier ontstaat er voor de fotograaf, André in dit geval, een soort van open en intuïtieve werkwijze waarbij het gevoel en stemming de leidraad voor zijn serie zijn. Tot nu toe liet André al verschillende foto’s zien die iets mysterieus hadden en meer beschouwend dan informatief waren. Aan twee van zijn foto’s moest ik denken toen ik deze week de fotografe JO ANN CHAUS ontdekte. Over haar gaat de volgende inspiratieblog (#15).

André een subjectief portret in ‘mijn verhaal – mijn sfeer’ |© André van der Molen

André maakte twee wat melancholische zelfportretten. Die zelfportretten zijn veel meer dan een beetje in je zelf praten. Heel bewust een gemoedstoestand oproepen en met de camera vastleggen. Een subjectief portret maken, dat in het verhaal past dat nog niet geschreven is. Hoe complex kan het zijn.. Het is als een boek schrijven waarvan je het verhaal noch de plot kent. In ieder geval wil ik ze graag laten zien. Het zijn twee zelfportretten die een melancholische stemming tonen. André bracht ook nog een stilleven mee, de verloren pumps zoals ik de foto noem. Vooralsnog is het geen serie en duurt het nog een maand of vier voordat het verhaal ‘af’ hoeft te zijn. Mijn overtuiging is dat aan het eind van het mentoraat André met een betekenisvol verhaal op de proppen komt.

‘de verloren pumps’ © André van der Molen

# 14 AS IT IS | ZOALS HET IS

RINKO KAWAUCHI

De eerste keer dat ik haar naam hoorde was pakweg een jaar of zes geleden. Ton, deelnemer aan een van mijn mentoraten was een fan van haar en vertelde dat hij graag in de geest van Kawauchi wilde werken. Ik heb enkele filmpje over haar bekeken om haar werk en werkwijze te leren kennen. Dat op zich was al een ontdekkingstocht in de fotografie van een bijzondere vrouw.

‘Als ik fotografeer denk ik niet aan wat er was of wat er komt’

I want to live on the moment

Mijn advies destijds aan Ton was, vergeet alles wat je geleerd hebt en fotografeer wat je belangrijk vindt. Fotografeer het alledaagse met je hart en doe het op een manier die voor jou goed voelt. Volgens mij is dat de belangrijkste fotoles van Kawauchi. Ik realiseer me dat dit dicht komt bij wat men tegenwoordig miksang fotografie noemt.

AS IT IS

Toen Rinko Kawauchi in 2001 op de internationale kunstscène arriveerde met de gelijktijdige publicatie van haar eerste drie fotoboeken, Utatane , Hanabi en Hanako , werd haar werk geprezen om zijn eenvoudige maar sublieme weergave van het alledaagse.

Nu twintig jaar later heeft ze meer dan 20 fotoboeken gepubliceerd, de een nog fraaier vorm gegeven dan de ander. Ton had zo’n boek en hij bladerde het boek uitsluitend door met witte handschoentjes aan.

Wat typeert haar fotografie naast het alledaagse. Het zijn tere momenten, momenten in het leven van dieren, landschappen, mensen en objecten. Momenten die alles te maken hebben met het hier en nu en tegelijkertijd een sfeer van vergankelijk ademen. Het lijken soms momenten van niets, maar het zijn de serene individuele aanrakingen van een fotograaf die het alledaagse tot bijzondere kunst verheffen. Kawauchi laat zich inspireren door het moment, ‘haar zijn’ op dat ogenblik. Zoals ze zelf zegt, ik vergeet de wereld om me heen om te fotograferen wat ik zie en voel.

Het nieuwste werk van Rinko Kawauchi maakte ze tijdens haar eerste moederschapsjaren. In een dergelijke periode staat de dagelijkse beleving van de moeder zonder meer al op de voorgrond. Een fotograaf als Kawauchi maakt haar gevoel en beleving universeel en daarmee herkenbaar voor velen. Ook voor niet-moeders!

Bekijk zeker haar website voor een nader onderzoek, ga met haar op pad én raak geïnspireerd!

SPIJKERKWARTIER

Ik slenter al een jaartje door het Spijkerkwartier. Een wijk in Arnhem met een rijke historie, in allerlei opzichten. Slenteren heeft in zich dat je weinig doelgericht bent. Met mijn camera, zomaar kijken, wat me opvalt. Ik verwonder me over iets moois of omdat het een beetje vreemd is. Soms is het licht de aanleiding, een andere keer de verwaaide paraplu in de struik. In het volgende filmpje zie je waarschijnlijk wel wat ik bedoel met slenteren……

met op de achtergrond de stemmen uit een podcast van Marcel van Roosmalen en Nico Dijkshoorn

De afgelopen week heb ik de willekeur van het plaatjes maken een beetje achter me gelaten. Ik ben wat gerichter gaan fotograferen. Op zoek naar de mensen in het Spijkerkwartier. Ik heb winkeliers, kroegbazen, galeriehouders, toevallige passanten, kleine zelfstandigen en nog meer van ‘de-alles-en-nog-wat-mens’ gefotografeerd. De wijk krijgt nu meer een gezicht. De veelzijdigheid van het Spijkerkwartier krijgt wat vorm maar er is o zo veel meer te vertellen!

lekker in één van de zes buitentuinen!
Je kunt er hele gesprekken voeren … bij de kapper met de papagaaien
De striptekenaars in het prachtige historische pand
de hedendaagse architecten Hoogte-2

Ik wil graag meer gezichten! Gezichten van gewone mensen. ‘Spijkerkwartierders’ hebben verhalen, verhalen van toen maar ook van nu. Die verhalen wil ik graag horen en daarbij een mooi portret maken. Daar wil ik graag verder aan werken in deze reportage over het Spijkerkwartier.

Wie helpt me daarbij? Wil je op de foto en je verhaal met mij delen in pakweg een half uurtje. Stuur dan een mail naar info@fotopetervantuijl.nl of reageer op deze blog. Ik neem dan contact met je op en natuurlijk krijg je een mooie foto van mij! Bedankt alvast, Peter van Tuijl

Eerder maakte ik al reportages en documentaires [zie bijvoorbeeld HUIS&HABITAT] en ook fotografeer ik o.a. de bijzondere projecten van schrijver/schilder Jonah Falke voor zijn boeken en voor reportages in de Gelderlander.

GGB en de Huiskamer

GGB klinkt als een drug en voor fotografieliefhebbers is het dat misschien ook wel. GGB staat voor Grote Galerie Beurs. UNSEEN pakt dit jaar na het faillissement (2020) weer flink uit, alhoewel met minder vierkante meters. Hedendaagse fotografie en vintage prints allemaal tezamen in de Westergasfabriek, vertegenwoordigd door meer dan honderd internationale galeries. Van Seoul, Zurich, Berlijn tot Utrecht, en natuurlijk Amsterdam zelf.

UNSEEN 2021 | © Peter van Tuijl

Ik heb er prachtig werk gezien en minder dan voorgaande jaren onbegrijpelijk werk.  Ook iets minder druk dan voorgaande jaren maar wellicht komt dat door de ‘veilige tijdsloten’. Het bood wel meer kijkcomfort en ik heb menigeen gesproken die erg enthousiast was over deze UNSEEN. Je kunt er gemakkelijk de hele dag ronddwalen, maar mijn kijktijd is beperkt tot maximaal drie uur. Dan heb ik het wel gezien. Geen spijt van, hoogtepunten genoeg. Ik heb kaarten of foldertjes meegenomen van de Sandau&Leo Galerie met werk van Ingar Kraus, het humorvolle werk van Isabelle Wenzel, Fatima Zohra Serri (lees over de vrouw die bariieres openbreekt binnen en buiten het museum), Lisandro Suriel (FOAM talent), Yoshiki Hase en de Nederlandse fotograaf Lara Verheijden (die overigens één van de genomineerden was voor de Rabo talent Portrait Price). O, ja ik nam ook nog de grote -bijna A0 formaat- krant van de Noorse Galerie Vasli Souza mee.

de nieuwe kunst op UNSEEN 2021 | © Peter van Tuijl

Maar och, dat gesjouw met papier hoeft tegenwoordig niet meer zo. Unseen bracht geen catalogus uit dit jaar maar alle werken zijn eenvoudig (echt heel goed!) te vinden op galerieviewer. Als je niet geweest bent, kijk naar alles wat je gemist hebt. Een voor degenen die er wel waren kunnen na dat hele geweld aan beelden zo’n geheugenopfrisser wel gebruiken.

UBSEEN 2021 | © Peter van Tuijl

De volgende dag op naar het kleinschalige van de Huiskamer. De Huiskamer is een groep van (nu) negen fotografen die gehuisvest zijn in Breda. Hun jaarlijkse expositie is een feestje vanwege de diversiteit van de fotografen en de kwaliteit van het werk. Allemaal toppers wat mij betreft.

in de ruimte waar de film (rechtsonder een piepklein stukje ervan) van ton Dirven werd getoond
HOW IT FEEL | © Peter van Tuijl

Dit jaar was ik bijzonder gecharmeerd van een van de films ‘how it feel’ van fotograaf Ton Dirven, de outcast van Kreuzberg van John Moest, ‘je mag er zijn’ van Ton Wolswijk waarmee zij in 2020 de nominatie voor FotoNationaal ontving en de serie van Peter Willemsen. Peter stelde zijn foto’s ten toon in een apart ‘hok’ van het stadskantoor.

bezoekers in ‘de vogelkooi’ van Peter Willemse | © Peter van Tuijl

Als je binnenkwam hoorde je de vogels fluiten. Logisch er hingen twee vogelkooien, echter de vogels bleken van papier. Links een reeks portretten die al meteen opvielen door hun uitsnede en beeldkracht. Rechts foto’s in een reportage van vogelaars die van vinken en kanariepietjes houden en met elkaar proberen het optimale fluiten in de buitenlucht te bereiken. Nee, nu zonder gekheid. Peter Willemse heeft een prachtige documentaire serie gemaakt die op de Huiskamer-expo ook nog eens als een installatie werd getoond. De reportage gaat over de Surinaamse vogelliefhebbers (en kwekers) van voornamelijk Surinaamse zangvogels. De twa twa, Picolet en Djack fluiten heel prachtig zo lees ik op de website van de vogelvereniging Beef-Free uit Den Haag.

Peter schrijft mij: “Als ik vanuit Kijkduin naar Delft rijd heb ik ze vaak zien staan op een grasveldje aan de Lozerlaan in Den Haag, al die vogelkooitjes. Meestal in de zomermaanden komen de leden van Beef-Free bij elkaar om hun hobby te beoefenen. Het kweken, houden en trainen van hun TwaTwa. Een klein Surinaams zangvogeltje dat moet gaan fluiten. Op het veld word een competitie gehouden tussen de vogels wie het meeste fluit in 15 minuten. Het is een serieuze bezigheid waar voor de eigenaren toch wel wat op het spel staat. Een winnende vogel wordt dan weer wat meer waard. De Surinaamse eigenaren zijn zeer vriendelijk en hebben mij toegang gegeven tot hun veld om de foto’s te mogen maken. Het project is nog niet afgerond en zal ook in 2022 nog door gaan.”  Deze foto van de ‘vogelkooi’ van Peter Willemse | Peter van Tuijl

Van de hectiek van Unseen naar de relatieve rustige huiskamer, overigens wel met fotografie die ook daar het hart sneller deed kloppen. Dat dan weer wel.

20 eenentwintig nabij Hilvarenbeek

BERT en HENK krasse knarren

donderdag 2 september 2021, nabij Hilvarenbeek

Henk en Bert

Fietsend door de uitgestrekte Brabantse velden -tussen de weilanden met koeien- zag ik ze. Aanvankelijk als twee stipjes in een bijna onmetelijk groen vlak, dichterbij werden het twee mannen met zonnekleppet op campingstoeltjes en een vliegtuigje. Een model zweefvliegtuig met in de kist nog een paar. “Deze was stuk en heb ik gerepareerd”, sprak de langste van de twee. “We gaan even kijken of nu alles goed werkt.” Goh, leuke hobby, was mijn reactie. Henk, de langste vroeg of ik uit Eindhoven kwam. Ondanks dat ik al meer dan dertig jaar in de Achterhoek woon en werk, is het Woensels dialect kennelijk nog steeds hoorbaar. Als snel vertelde Henk en Bert over hun hobby. Model zweefvliegen heeft iets beta-achtigs met wetenschappelijke en meteorologische aspecten. De hobby is betaalbaar mede omdat ze hun vliegtuigen zelf bouwen. Ze zijn niet radiografisch bestuurd. “Wij maken gebruik van de luchtstromingen en onze vliegtuigen vliegen ongeveer 3 tot 5 minuten zelfstandig. Ze landen dan pakweg een kleine twee of drie kilometer verderop. Op onze leeftijd nog een flink stuk lopen. Vroeger hollend, nu meer wandelend”, aldus Bert. Henk wordt dit jaar 91 en Bert is net 90. Eerder fotografeerde ik in Middelburg de oudste middenstandster die nog 6 dagen in de week in haar winkel staat, mevrouw Nes 99 jaar oud. Ook Leo in Rijen, een modelbouwer (dat behoort tot het toeval) én winkelier van 83 die zowel de shop als de website beheert, eveneens 6 dagen in de week. Nu dan misschien wel de twee oudste model zweefvliegers in Nederland. Bert en Henk, krasse knarren.

Henk

Henk en Bert, met een positieve mindset. Met een beetje pijn in de benen vanwege de oude bloedvaten en een iets lager tempo, maar nog steeds met plezier in hun hobby en gelukkig in het leven staand, mede door de al jaren bestaande vriendschap.

Henk en Bert
Bert
Bert

EMEKE LUISTERT NAAR DE NATUUR

De kerkklok slaat zes uur als ik aanbel bij een voormalige slagerij in Brummen. Kunstenaar Emeke Buitelaar en Henk Venhorst wonen hier sinds kort.

Column Jonah Falke logeert

OERVROUW EMEKE showt haar schilderschort

De kerkklok slaat zes uur als ik aanbel bij een voormalige slagerij in Brummen. Emeke en Henk wonen hier sinds kort. Henk is overtuigd vegetariër, laat me een betegelde ruimte zien en zegt: ‘Hier heeft bloed gevloeid.’

De afgelopen halve eeuw woonde hij in een klein bos tussen Netterden en Gendringen, de plek waar ook zijn opa, vader en negen broers en zussen opgroeiden. Het kan vroeger nooit stil geweest zijn in dat huis, maar ook als je in grote familie opgroeit, kun je het zwijgen gaan verkiezen. De stilte lijkt nog steeds in hem te zitten. Later zou Emeke me toefluisteren: ‘Henk is een man zonder woorden.’

Ze ontmoetten elkaar op een datingssite. Henk was de eerste en gelijk laatste man die haar kon bekoren. Emeke gelooft niet in toeval, ze is een aanhanger van ‘holistisch denken’: verbanden en betekenissen worden gezocht en gevonden in alle gebeurtenissen.

Emeke verruilde Almere voor het bos in Netterden. Ze praat graag, draagt gewaden, lijkt de belichaming van spiritualiteit, maar is gelukkig niet van het betweterige soort.

Emeke showt het gewei op de logeerkamer van Jonah

Na het eten geeft Emeke me een rondleiding door het huis. Ze verteld me over een medicijnwiel: ‘Indianen gingen niet naar de dokter, maar luisterden naar de natuur. Als je op zo’n wiel staat, ben je in het centrum van het universum.’ Henk roept van onderaan de trap: ‘Ik ga even een endje fietsen.’ ‘Hij heeft hier niks mee,’ zegt Emeke. ‘Maar we respecteren elkaar helemaal.’

Ze laat me haar schilderijen zien, maar mijn oog valt op een foto. Op vijfentwintig jarige leeftijd ontmoette ze de schilder Anton Heyboer. ‘Op deze foto zie je onze eerste ontmoeting, in 1993. Ik kwam er om de witte neushoorn te redden.’

‘Pardon?’

‘Ik wilde geld inzamelen met een schilderij, voor het WNF. Ik vroeg of hij mijn schilderij wilde signeren, zodat het voor meer verkocht kon worden. Dat vond hij niks. Dus gingen we samen schilderen.’

De samenwerking heeft tot het einde van zijn leven geduurd. Heyboer ontsnapte aan een Berlijns werkkamp tijdens de oorlog: een Poolse schoonmaakster smokkelde hem in een container naar buiten. ‘Ik deed Anton aan die Poolse schoonmaakster denken. Zijn redding.’

Emeke in haar atelier met links een schilderij van Anton Heyboer

Heyboer wilde geen ramen of wc in zijn huis of atelier, want daar zou de energie wegvloeien. ‘Dan zou de wereld te veel binnen komen.’

‘Zelfs geen toilet?’

‘Een kamer met schelpenzand, om op te gaan zitten.’

‘Als een kat?’

‘Ja, dat deed je dan gewoon daar,’ lacht ze.

Heyboer woonde zoals bekend met vijf vrouwen. Hij ging maar een keer met een bruid naar bed, ‘want hij wilde ook die energie in de schilderijen stoppen.’

‘Heb jij nooit een bruid van hem willen worden?’

‘Jij wilt toch ook niet met iedere vrouw die je tegenkomt trouwen?’

We bekijken stapels schilderijen die ze samen maakten. Emeke’s werkplek is het tegenoverstelde van de bedompte wereld van Heyboer: de voormalige slagerij is licht, kaal, schoon en overzichtelijk.

Na het fietsen komt Henk even bij ons staan. Ik vraag of hij zijn ouderlijk huis mist. ‘Veel onderhoud, en een mens wordt niet jonger.’

Er zal een windmolenpark komen in de buurt van het bosje.

Henk voelt zich een beetje schuldig tegenover de mensen in Netterden; hij is een gewone sterveling, die het verliest van het systeem. ‘Mensen dragen nu een pak, maar veel verder in de ontwikkeling dan het recht van de sterkste zijn we nog niet. Dat is Darwin,’ zegt hij. 

‘Denk je nog vaak aan dat bos?’

‘Nee, de natuur is hier ook prachtig, en om de hoek.’

Ook dat is Darwin: zij die zich aanpassen, overleven.

Emeke en ik drinken thee en luisteren naar een cd met liederen van Anton Heyboer. Als je geen tempo of toonsoort afspreekt, is niets verkeerd. Heyboer zingt als een kraai, maar wel met een overtuiging waar het velen aan ontbreekt. ‘Hij ging in alles voorbij aan mooi of lelijk, er bestond geen goed of slecht. Ik vind dat ontroerend, als je zo kunt leven en denken.’

Het holistisch denken van Emeke is besmettelijk: op het moment dat ik in het bed stap, slaat de kerkklok elf keer. Maar wat dat betekent, hoef ik niet te weten.

Deze column werd op 25 augustus 2021 gepubliceerd in de Gelderlander [Tekst Jonah Falke, Fotografie Peter van Tuijl]

Een bijzondere dag

WORLD PHOTOGRAPHY DAY

Voor de fotografie is 19 augustus bijzonder omdat de Franse overheid op die dag in 1839 het daguerreotypie vrijgaf voor algemeen gebruik! Een Daguerreotypie is een koperen plaatje dat met een laagje jodium lichtgevoelig is gemaakt. Het wordt met kwik ontwikkeld nadat het plaatje ‘belicht’ is. Deze methode werd uitgevonden door Louis Daguerre.

de Nederlandse kust, zomer 2021 | © Peter van Tuijl

Het koperen plaatje is vervangen door de mobile met een geweldig beeldschermpje iets groter meet dan de oude daguerre-fotootjes maar bijna net zo plat is. Apple heeft het zelfs aangedurfd om als eerste te spreken van Retina schermen ter evenaring van de kwaliteit van ons netvlies. Het netvlies -een mirakels dun laagje- is heel gevoelig voor licht door de fotoreceptoren. Wie weet worden die over een poosje wel pixels genoemd, alhoewel de informatie die de menselijke receptoren kunnen opslaan en interpreteren, vele malen groter zijn dan de pixels in je camera. Het wachten is nu op de ingebouwde chip die foto’s maakt op het moment dat we denken aan een foto. Ook het afspelen van de foto’s kan vanaf dan gebeuren in de cinema van ons brein. Lang leve het individualisme. Kijk naar de foto, misschien zijn we er niet zo heel ver meer vandaan. “Kunnen de dag van de fotografie ook wel afschaffen”, zei Sombermans

Dag Fotografie dag!

# 13 Fotografie van het leven in de persoonlijke nabijheid

MAARIT HOHTERI

Maarit Hohteri is geboren in Helsinki (1976) en studeerde in 2002 af aan de zogenaamde Helsinki School.

The Helsinki School

De ‘Helsinki School’ vertegenwoordigt een geselecteerde groep fotografen die aan de Aalto University School of Arts, Design and Architecture, zijn opgeleid. De Helsinki School staat voor een specifieke benadering van het onderwijs waarin denken en samenwerking niet altijd op een harmoniemodel gestoeld hoeft te zijn. De nadruk lag niet alleen op het fotografie-onderwijs sec, maar ook op het breder bevragen van kunst en ideeën in termen van hun inhoud en betekenis. Bovendien hanteerde men een hoge kwaliteitsstandaard. Deze aanpak heeft ervoor gezorgd dat de fotografen die afgestudeerd zijn een groot scala aan thema’s uitwerken en daarbij een persoonlijke beeldtaal hanteren. Het credo van de Helsinki School is dat elke generatie de tijd en ruimte heeft om zichzelf uit te vinden en te leren van de anderen en uiteindelijk zich persoonlijk uit in de kunst en in de fotografie.

Oscar, Torrevieja, 2008 | © Maarit Hohteri

Dit lanceerde een reeks eigenzinnige individuele en groepstentoonstellingen -aanvankelijk in de Scandinavische regio- maar later ook daarbuiten. Bovendien werden een flink aantal boeken gepubliceerd door uitgever Hatje Cantz.

De fotograaf Hohteri is dus een exponent van deze Helsinki School die binnen fotografieland zelfs wel een stroming wordt genoemd, zoals bijvoorbeeld de Dusseldörfse Schüle (opgezet/gesticht door het echtpaar Becher, beiden professor aan de academie in Dusseldörf). Ik denk dat dit niet helemaal opgaat omdat de thematiek en vooral de werkwijze te divers (en persoonlijk) zijn. De enorme eigenzinnigheid en hoge kwaliteit van het fotowerk van de reeds van afgestudeerde fotografen daarentegen zijn naar mijn idee echt de verdienste van de academie.

Jadranka, Belgrado, 2010 | © Maarit Hohteri

Maarit Hohteri fotografeert haar leven en de mensen om haar heen. Ze legt feiten en emoties vast van momenten in haar persoonlijke ervaring die niet per se van bijzonder belang zijn. Ze verzamelt beelden van haar privéleven die een soort visueel dagboek vormen, een persoonlijk archief dat zich uitstrekt van het begin van haar studie aan de University of Art and Design Helsinki tot op de dag van vandaag. 

Als de snapshot-achtige foto’s van Maarit Hohteri formeel verwant zijn aan het werk van de Amerikaanse kunstenaar Nan Goldin, is haar artistieke benadering veel minder existentieel. Vergeleken met de wereld die wordt vertegenwoordigd in het werk van Goldin, dat meestal mensen afbeeldt die aan de rand van de samenleving leven (drugsverslaafden, travestieten, enz.), is de wereld van Maarit Hohteri minder gewelddadig en destructief. Omringd door jonge bohemiens die met hun vreemd gekleurde haar, piercings en tatoeages provocerender lijken dan ze in werkelijkheid zijn, lijkt het milieu van Maarit Hohteri meer beschermd en onschuldiger dan dat van haar beroemde leeftijdsgenoot. 

In haar werk vertelt Maarit Hohteri het verhaal van haar leven, met familie en vrienden, door middel van foto’s van zowel banale als bijzondere gebeurtenissen. In haar regie ontmoet de kijker mensen, neemt deel aan feesten en discussies, maakt kennis met het leven op de universiteit of wordt getuige van beautydutjes van meisjes. De mensen, plaatsen en emoties op de foto’s zijn allemaal authentiek; niets is opgevoerd voor de camera. Maarit Hohteri is gewoon getuige van deze gebeurtenissen. Met haar werk heeft Maarit Hohteri niet alleen een kostbaar verslag van haar eigen leven gemaakt, maar ook een kroniek van haar generatie. Kijk op haar website voor meer foto’s en info.

HET IS OOK FIJN ALLEEN TE ZIJN

Het begin van het paradijs zou zomaar in een vakantiepark in Lochem kunnen liggen. Op deze plek ontmoeten eenzaamheid en samen zijn elkaar.

door Jonah Falke

Frederike en Zarah bekijken elkaar met verrekijker, refererend aan vriend en schrijver A.L. Snijders’bundel ik leef aan de rand van de wereld | foto’s © Peter van Tuijl

Het is bloedheet. Ik loop langs een drukke weg, maar kijk goed om me heen, want hier, ergens tussen de velden, schreef de recent overleden schrijver A.L. Snijders zijn oeuvre bij elkaar.

In het paradijs geloof ik niet meer, maar het voormalige receptiegebouw van een vakantiepark aan de rand van Lochem, had het begin kunnen zijn. Oude bomen, twee katten, een hond en Frederike (40) en haar dochter Zarah (18) wachten me op. Alle deuren staan open en Billy Holliday zingt. Frederike zegt dat er veel eenzame mannen op het vakantiepark wonen. Ik aai een kat, maar wordt gewaarschuwd: het beest heeft eens de slagader van de dierenartsassistente doorgekrabd. ‘Dat ging bijna mis. De kat staat daar nu op een zwarte lijst.’ Dat er in het paradijs eenzame mannen en gevaarlijke dieren wonen, verbaast me niet.  

Zarah hoorde gisteren pas van mijn komst. ‘Mijn moeder heeft wel vaker mensen uit het boekenvak over de vloer. Soms vind ik dat ongemakkelijk, maar jij bent wel oké, volgens mij.’ Frederike kondigde schrijver Arnon Grunberg eens aan, en zei toen dat ze jaloers was dat hij zo dichtbij anderen komt, door in andere werelden te duiken. ‘Daarom heb ik jou ook uitgenodigd.’ Ik zeg dat Grunberg ook bij mij het besef aanwakkerde dat het verhaal niet alleen thuis te vinden is.

We praten over de psychiatrie. Frederike en ik zouden in een ander leven hulpverlener willen zijn. Dochter Zarah is als kind in aanraking gekomen met jeugdzorg en zal wel hulpverlener worden. Na de zomer begint ze met studeren. Zarah zoekt een kamer in Arnhem. Frederike herkend haar vrijheidsdrang. Ze ging op haar vijftiende uit huis.

‘Ik ben wel blij dat je niet meteen naar de andere kant van het land verhuist.’

‘Als we twee oude dametjes zijn, gaan we toch weer samenwonen, mam?’

‘Ja, zoveel leeftijdsverschil is er ook niet.’

Frederike raakte op haar eenentwintigste per ongeluk zwanger en beviel toen de relatie alweer over was. Op haar zestiende begon ze als boekverkoopster in Lochem, ze werkte er tot een paar maanden terug. Nu werkt ze in boekhandel Praamstra in Deventer. Ze behaalde alleen een basisschooldiploma maar heeft zich de wereld in gelezen.

Tijdens het eten komt A.L. Snijders ter sprake. Frederike was bevriend met hem. Ze spraken en zagen elkaar geregeld. Dat hij er niet meer is, is nog te abstract om iets eenduidigs over te zeggen. ‘Als we rouwen, rouwen we om het verlies van de ander én om het verlies van een deel van onszelf,’ schreef mijn voormalige uitgever, tegenwoordig manager Oscar van Gelderen eens.

Na het eten gaat Zarah op studentenkamers reageren. Ze zegt: ‘Ik wil best soms samen eten met huisgenoten, maar ik vind het ook fijn om alleen te zijn. Ik wil niet ergens wonen waar je steeds bang moet zijn dat er iemand op je deur klopt.’ Frederike en ik lachen instemmend. Frederike heeft überhaupt nog nooit samen gewoond, ikzelf heb een latrelatie. Het zijn – en blijven – van een individu is onvermijdelijk.  

We laten de hond uit, maar het beest weigert snel. Ze heeft iets aan haar poot, maar ook veel gevoel voor dramatiek, volgens Frederike. We lopen verder zonder de hond.

Als we het vakantiepark weer naderen, haalt Frederike een dik pak post uit de brievenbus. ‘Al een tijdje niet geleegd.’ Zarah steekt haar hoofd uit het dakraam en zegt: ‘Mam, ik mag op mijn eerste kijkavond komen, bij iemand die Zwaan heet. Bijzondere naam, hè?’ We gaan zitten, drinken koffie, Frederike bladert door de post en dan wordt het stil. Het rouwkaartje van Snijders is aangekomen. Het is alsof zelfs de vogels even stoppen met zingen. Aan jaartallen is niets abstracts.

Als ik in bed lig, komt er een dier aanrennen. Ik ben bang dat de kat me zal bespringen, en bedenk me dat ik één oog wel missen kan. Ik zet me schrap, maar het is de hond. Na een korte inspectie met wat gesnuffel, vertrekt ze weer. Leven is uiteindelijk ook niet meer dan bedenken wat je kunt of moet missen. Na een korte inspectie vertrek je weer, zoals een snuffelende hond of logé dat doet.

Dit artikel verscheen in de Gelerlander op 11 augustus 2021 in het kader van de zomercolumns Jonah logeert | Tekst Jonah Falke en fotografie Peter van Tuijl.

HOOP

Iedereen kent het begrip hoop. Ik hoop dat mijn foto expositie veel positieve respons zal hebben, een ander hoopt op de hoofdprijs in de Postcodeloterij en weer een ander hoopt op een positieve reactie op een Tinder bericht.

Hoop is ook verbonden met de traditie in het christendom als christelijke deugd naast geloof en liefde. Hoop is een ‘hoge vorm’ van wensen. Dat kan passief, afwachtend, zonder inspanning zijn; zoiets van ‘het zal mijn tijd wel duren’. Hoop afgeleid van hopen kan ook gezien worden -letterlijk- als een werkwoord. Persoonlijke inspanningen die bijdragen aan het realiseren van hetgeen men hoopt te bereiken. Daar moest ik aan denken bij het zien van het filmpje over het maken van de tentoonstelling HOOP in de Heilige Driehoek in Oosterhout. Op hun website lees ik: “Stichting Kunst in de Heilige Driehoek realiseert elke twee jaar een biënnale van internationale allure. Deze bijzondere kunstmanifestatie vindt plaats in het gebied ‘De Heilige Driehoek’, in Oosterhout (NB). Het is de enige plek in Nederland waar nog een combinatie van drie actieve kloosters bestaat. Het unieke kloostergebied dient als inspiratie voor hedendaagse kunst. De Biënnale met het thema HOOP kun je bezoeken van 10 juli t/m 15 augustus 2021.”

Het mooie aan de film is dat je niet alleen kennis maakt met de achterliggende gedachten van de kunstenaars maar ook ziet hoe de curatoren (Hendrik Driessen voormalig directeur van museum De Pont en Rebecca Nelemans zelfstandig curator) de expositie voorbereiden en welke keuzes ze maken. Een aanrader om met hen op pad te gaan in de zoektocht naar de inrichting van deze bijzondere expositie waarin kunst en omgeving op elkaar afgestemd zijn! Even 20 minuutjes kijken dus ….