DIERENKRONIEK V door Jonah Falke

‘Die heks uit Halle’ is een engel voor wilde dieren, met een hert en struisvogel als huisdieren.

Petra in de weide bij het damhert en de struisvogel

Wie door dit land rijdt, krijgt soms de indruk dat het uit niets anders dan fantasieloze industrieterreinen bestaat. Er is geen mens te zien, laat staan dieren. Platteland wil stad worden. Het is de tol van de vooruitgang, volgens sommigen. Petra (55) en Toon Lesterade (58) kijken fronsend naar die ontwikkeling. Ze zien namelijk dagelijks de bijwerkingen.

Het eekhoornjong wordt dagelijks meerdere keren door Petra gevoed.

Verscholen in de bosjes van Halle runnen ze vrijwillig een opvang voor wilde, ontheemde en verweesde dieren: de ark van Noach. Ze zijn 24/7 bereikbaar. Ongeveer 95% van de dieren die worden binnengebracht zijn gevolg van menselijk handelen. Een omgekapte boom, de aanleg van een weg, zwerfafval, een scooter die een vogel raakt, enzovoorts. Het gaat om vierduizend dieren per jaar. Het zijn dieren zonder eigenaar: vogels, eekhoorns, wilde zwijnen, ganzen, eenden, marters. ‘Inheemse dier noem je ze: dat betekent dat we er als mensen verantwoordelijk voor zijn,’ zegt Toon. Maar als iedereen aansprakelijk is, voelt bijna niemand zich geroepen.

Ze vertellen terwijl ik gebiologeerd kijk naar de twee vlechten die over Petra’s schouders hangen, net als countryzanger Willie Nelson. Ook Toon heeft ook een vlecht, maar die zit verborgen onder zijn blouse. De wrok tegen de maatschappij en haar expansiedrift is snel de gesprekken ingeslopen. De mens lijkt in hun ogen vaak schaapachtig, een kuddedier. De vlechten beginnen te dansen als Petra’s opgewonden spreekt.

Petra en Toon tonen een korte voorlichtingsfilm

Toch is die veranderende wereld ver weg van hier. We lopen stapvoets langs de hokken. Petra vraagt of ik zacht wil praten. Ze draagt kunststof klompen – omdat die geen geluid maken. We stoppen en Petra fluistert: ‘De dieren moeten schuw blijven. We verzorgen ze en dan gaan ze zo snel mogelijk weer terug de natuur in.’

‘Ze zijn niet aaibaar of zielig,’ zegt Toon. 

Boven een afdakje staat: Wie niet als vriend binnen huppelt, wordt eruit geknuppeld. ‘Laat mij maar die heks uit Halle zijn,’ voegt Petra toe. ‘Vroeger wilde ik nog aardig gevonden worden, maar dat is het voordeel van ouder worden, dat speelt dan niet meer zo.’ Ze wonen tussen de hokken, in een voormalige kippenschuur. Er is een verdieping bovenop gezet, op palen. ‘Laat het water maar komen, zoals bij de ark van Noach,’ zegt Toon lachend. We lopen verder en komen ook de – slechts zeventien jaar oudere – moeder van Petra tegen, die in de tuin rondwaart. Ze zal niet spreken, slechts wijs naar me glimlachen. Praten is ook ondergeschikt bij dieren. Het gaat om kijken en zwijgen. Door een beroerte raakte Toon zijn spraak even kwijt. ‘Eerder vroeg ik Toon weleens of hij zijn kop kon houden, maar dat doe ik nu echt niet meer,’ lacht Petra.  

Zoals je kunt verwachten op de ark van Noach, zijn Petra en Toon’s huisdieren een hert en een struisvogel. Ze kwamen op hetzelfde moment binnen – en bleven. De beesten vormen sindsdien een koppel, dat elkaar beschermt. Ook het verbond tussen Toon en Petra was snel beklonken, ze vormen in eerste situatie ook een wat merkwaardig koppel. Petra leefde altijd al met de dieren. In een vorig leven werkte Toon op een kantoor. ‘Als ik er niet was geweest, lag je misschien nog in de goot,’ zegt Toon met veel gevoel voor ironie.

‘Andere mannen vertrokken snel,’ lacht Petra, ‘die wilden graag samen avonds op de bank zitten met een hand op de knie.’

Vader Toon en zoon Shakib

Tot slot laat Toon me samen met zijn zoon Shakib een stuk land tegenover de opvang zien. ‘We kregen een legaat om iets voor de dieren te doen,’ zegt hij. Ik zie het niet met het blote oog. Deze grond mag echt natuur zijn, er mag geen mens komen. Dit is de toekomst zoals zij die het liefste zien. Of de mogelijke opvolger van de ark van Noach de toekomst hetzelfde als zijn vader ziet, valt te betwijfelen. Shakib draagt een trui van Max Verstappen. Er staan wedstrijddata op, waaronder: september 2021. Voor het Formule 1-circuit in Zandvoort moest de natuur wijken en sloegen er dieren op de vlucht.

Deze vijfde dierenkroniek verscheen vrijdag 26 augustus in de Gelderlander. Tekst Jonah Falke en fotografie Peter van Tuijl.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.