het MAGGEZIEN van oktober

Kakelvers of net op tijd

Het is maar hoe je het bekijkt en vooral wanneer je er naar kijkt.

In dit MAGGEZIEN een impressie van de DUTCH DESIGN WEEK van dit jaar. Het grootste design evenement van Noord-Europa presenteerde ideeën en werk van meer dan 2600 ontwerpers en werd in deze week (van 21 tot en met 29 oktober 2023) bezocht door een kleine 400.000 bezoekers.

In het Stedelijk met Nan Goldin

foto Peter van Tuijl

THIS WILL NOT END WELL

Tja, in tegenstelling tot de titel van de expo was ik netjes rond de klok van negen weer in Doetinchem. Precies de klok rond gereisd om de imponerende foto’s, films en stills te ondergaan. Want zo mag je het wel noemen. In zes zalen -of welke benaming je aan de duistere tenten dan ook wilt geven- was het een explosie aan beelden, ondersteund met de keiharde beat van de top 100 nummers uit de vorige eeuw. Soms een voice over die het verhaal compleet maakte.

Ze heeft een bijzonder mensenleven -dat van haar zelf en haar vrienden- in beeld gebracht. Scherp, ondanks dat nogal wat foto’s onscherp, out-of-focus of met foute kleuren werden gepresenteerd. In menig fotoclub of fotowedstrijd zouden ze naar de prullenbak zijn verwezen.

De kracht van de beelden en de films is gelegen in het persoonlijke én in het onvoorwaardelijke verhaal dat ze vertelt. Een verhaal van drugs en dope, van sex en verkrachting, van hoop en liefde. Met haar 70 jaar is ze een old lady, met haar fotografie een fotograaf met heel veel lef. Niets blijft ‘onbesproken’, het gehele arsenaal van de vreugde van de geboorte tot aan het verdriet van de dood komt voorbij. Het is heftig en toch ook heel goed te verdragen. Liefhebbers van de documentaire fotografie met rauwe randjes zullen het ongetwijfeld top vinden. Dat zit wellicht in de wisselingen van de beelden. Voor wie het zien wil, is er naast de ellende en de hardheid van het leven ook de poëzie van de liefde en de humor te zien.

Zes kleine tenten -zalen in tentoonstesllingsjargon- een en al duisternis met alleen de screens van pakweg een meter of vijf breed die het licht van een toverlantaarn geven. Want dat doet ze, toveren met foto’s.

De expo is nog te zien tot 28 januari 2024.

Buiten de grote expositiezaal waar de zes ‘filmhuizen’ gesitueerd zijn, nog enkele grote afdrukken en inkijkexemplaren van het boek over de expositie. | foto Peter van Tuijl

net zo min

Een foto expositie van Wim Peters bij Oerkroeg Schiller in Aalten

“Mijn fotografie daagt me uit tot de grenzen van het onmogelijke. Ga er maar aan staan. Op zekere hoogte is alles mogelijk, ook in de fotografie. Indien herinneringen, verleden en heden op hetzelfde moment worden beleefd en je hoofd overloopt met beelden, kan het zomaar dat er een andere, nieuwe werkelijkheid ontstaat. Geen nieuwe beelden, die zijn er al en vaak algemeen bekend. De beelden vormen samen een wereld die de onherroepelijke chaos in mijn hoofd tracht te ordenen tot mijn persoonlijke werkelijkheid.


“Beginnen met schetsen op papier. Kleur toevoegen, beelden zoeken. Mijn voorkeur gaat uit naar het omslagpunt van het herkenbare en onherkenbare.”

FotoKabinet is een initiatief van Oerkroeg Schiller samen met het OFC. De groep die ervaring heeft met het exposeren in een museale omgeving ziet het als een uitdaging om binnen de sfeer van een kroeg mooie exposities te realiseren. Het OFC bestaat uit fotografen en kunstenaars die al dan niet beroepsmatig werkzaam zijn. Ieder lid heeft zijn of haar eigen specialisatie en werkt vanuit eigen interesse.

FotoKabinet, Oerkroeg Schiller, Prinsenstraat 4, 7121 AG Aalten

Openingstijden: di + wo 19:00 tot 01:00 | do 16:00 tot 01:00 | vr + za 14:00 tot 02:00 en zo 14:00 tot 01:00


FOUND: poverty

# 31 Matt Black

El Paso, Texas. 2015 | © Matt Black

Tussen 2014 en 2020 reisde fotograaf Matt Black [1970] vanuit zijn geboorteplaats in Central Valley in Californië naar honderden andere gemeenschappen met hoge armoede in de Verenigde Staten. Hij concentreerde zich op steden, dorpen en provincies met armoedecijfers van meer dan 20%.

Hij merkte dat hij van kust naar kust kon reizen zonder ooit boven de armoedegrens te komen. Zijn verkenning van deze grimmige Amerikaanse realiteit groeide uit tot meer dan 160.000 kilometer en 46 staten, verspreid over vijf reizen door het hele land. Er is een lijvig boek over dit project verschenen. Uiteraard is het boek (27×27 cm en 25 mm dik) via zijn website te koop maar eveneens bij Bol.com of Amazon.nl tegen aantrekkelijke prijzen.

Black is een magnum fotograaf (sinds 2015) en zijn werk is geworteld in de documentaire traditie. Echter je ziet ook een sterke persoonlijke benadering die zich uit in emotionele beelden en een visuele intensiteit. Zijn naam Black zie je als het ware terug in zijn beeldtaal. Donker zwart en hoge contrasten dragen bij aan de visuele kracht van zijn werk. Zijn series nemen vaak vele jaren in beslag. Op zijn website vind je verschillende video’s en podcasts.

“Fotografie heeft het vermogen gedachten en emoties te kristalliseren en mensen te motiveren zich met de wereld bezig te houden. Geen enkel ander medium kan de kracht ervan evenaren.” [Matt Black]


In 2015 ontving hij de W. Eugene Smith Memorial Award.

“De verschroeiende beelden van Black laten zien hoe Amerika eruit ziet voor de ruim 45 miljoen mensen die in armoede leven”, legt Brian Storm uit, voorzitter van de W. Eugene Smith Memorial Fund Grant 2015 en oprichter van MediaStorm. “Geography of Poverty is een reis van 30.000 kilometer die een menselijk gezicht geeft aan de duizelingwekkende statistieken.”

De W. Eugene Smith Grant wordt jaarlijks uitgereikt aan een fotograaf wiens eerdere werk en het voorgestelde project, zoals beoordeeld door een panel van experts, de traditie volgen van W. Eugene Smiths bezorgde fotografie en toegewijde medeleven, zoals blijkt uit zijn 45-jarige carrière als fotograaf. essayist. Deze subsidie ​​is bedoeld om een ​​fotograaf te helpen een fotografisch project te starten of een lopend fotografisch project te helpen voltooien. Als je meer wilt weten over W.Eugene Smith kijk dan hier.

FOTOBAL 2023

Deze week vier dagen (21 – 24 september) UNSEEN in de Westergasfabriek in Amsterdam.

Het is wel en geen expositie, je kunt er kopen of niet. De meeste mensen zijn kijkers geen kopers. De prijzen rijzen de pan uit, maar dat is niet zo verwonderlijk.

De galeriehouder uit New York komt vier dagen naar Amsterdam om de beste fotografen uit de galeriestal te laten zien. Daar hangt nu eenmaal een prijskaartje aan. Het betekent wel dat je verrast gaat worden met topwerk: hedendaags (soms historisch), traditioneel, vernieuwend, begrijpelijk en onbegrijpelijk. In de afgelopen jaren was ik er. Het was steeds de moeite waard omdat de kunstbeurs, want dat is het eigenlijk, vragen stelt over de betekenis van de hedendsaagse fotografie. Dit jaar kan ik niet. Ik bekijk het werk nu via mijn de catalogus, op mijn laptop of telefoon. Jij kunt die hier ook vinden. Om echt te beleven moet je natuurlijk echt gaan kijken in Amsterdam.

FOTOGRAFIE IN ENSCHEDE

In het najaar van 2023 is het weer zover, hét fotofestival van het Oosten: de Fotomanifestatie Enschede vindt weer plaats.

De hele stad zal dan in het teken staan van de hedendaagse Nederlandse fotografie.

In verschillende toonaangevende kunstruimtes, waaronder het Rijksmuseum Twenthe, Concordia, Tetem en Fotogalerie Objektief, worden tentoonstellingen georganiseerd met werk van topfotografen.

De 6e editie van de Fotomanifestatie Enschede vindt plaats van:
8 oktober t/m 19 november 2023

In voorgaande jaren heb ik vaak deze fotomanifestatie bezocht en werd daarbij zeker niet teleurgesteld. Prachtige en ook verrassende exposities, alles goed bereikbaar, topfotografen zowel nationaal als internationaal. Een pareltje van het Oosten waar je in één dag met veel kijkplezier door het fotografieland kunt ronddwalen. Met dit jaar een interessant thema.

KIJK OP DE WEBSITE

een mooi citaat

ARGENTINA. Buenos Aires. 1999. Dogs. | © Alessandra Sanguinetti (Magnum Photographer)

“Ik kan niet iets fotograferen waar ik echt niet van hou of waar ik niet nieuwsgierig naar ben…”

Alessandra Sanguinetti

In de Magnumbrief een artikel over boerdeijdieren met daarin dit treffende citaat…. O,zo waar. Ik gebruik het vaak in mentoraten en coachingstrajecten.

Wereld Fotografie Dag

5 augustus schreef ik een blog over de internationale WFD in de trant dat “we allemaal een beetje jarig zijn”. Ik riep op om foto’s te sturen voor een gratis digiboek met ‘recente’ foto’s. Op 19 augustus was ik nog in Londen maar afgelopen maandag kon ik een boek maken met prachtige foto’s. Eigentijdse beelden, esthetische foto’s, storytellende of verhalende en heel veel foto’s zijn voelbaar heel persoonlijke creaties. De diversiteit van de foto’s toont de breedte van de hedendaagse (vrijetijds)fotografie. Het is een interessant én mooi boek geworden. Een geweldig kijkboek door de inbreng van bijna 100 fotografen. Met dank aan hen!

Afgelopen week hebben alle auteurs het boek (althans de link) toegestuurd gekregen. Zij geven zonder uitzondering toestemming voor publicatie.

Dus hier is het boek!

BEKIJK HET

Ode aan de picturalisten

# 30 AnnMarie Tornabene

AnnMarie Tornabene’s grootste inspiratiebron zijn de foto’s uit de picturialistische periode, voornamelijk door het werk van fotografen van weleer: Julia Margaret Cameron, Alfred Steiglitz, Edward Steichen en Anne Brigman. In deze serie ‘ode aan de pictoralisten’ zijn de foto’s verwijzend naar de eeuwwissling rond 1900 en lijken de foto’s best wat gedateerd.

© ​AnnMarie Tornabene

Het bijzondere aan haar en haar meest recente werk is het feit dat ze in haar fotografie optreedt als performer. Ze is het levende model en speelt met poses en zelfportretten, oorspronkelijk als een manier om zichzelf, en mogelijk anderen, te helpen in het reine te komen met overgewicht.

Haar werk is in de afgelopen 25 jaar veranderd en anders dan de picturalistische schoonheid van toen, stelt ze nu meer psychologische thema’s aan de orde en komt ‘het zijn zoals je bent’ en inclusiviteit in haar werk vooral aan bod. Althans zo lees ik haar foto’s. Daarmee toont zij zowel haar kwetsbaarheid als haar kracht.

Maak een uitstapje naar haar website en kijk wat je ervan vindt.

Jonah over de grens V

De zachte handen van de kasteelheer zullen langzaam verdwijnen. Na veertig jaar in Schloss Anholt te hebben gewoond en gewerkt heeft Duco van Krugten zich met zijn vrouw Ruth van Krugten-Stadtbäumer teruggetrokken midden in de natuur, in een huis met uitnodigende stoelen die uitkijken op een meertje in Millingen. Hier werkt hij fanatiek in de tuin en ontstaat er eelt op zijn handen.

Mijn vriend, uitgever en antropoloog Hans de Beukelaer stelde voor om hem te bezoeken. Hij kent Duco uit het kasteel-archief in Anholt. Naast kasteelheer was Duco ook historicus en archivaris. De mannen praten en de tijd is fluïde voor de historicus, zoals ‘de mens en z’n gedrag’ dat is voor de antropoloog. Ze spreken over tolheffingen, stukken land, een schilderij van Rembrandt, hoe Nederland een zeemacht en toen een moraliserend gidsland werd, de invloed van de Spanjaarden en protestanten, en dat er na de Franse revolutie nooit iets werd vererfd op Schloss Anholt. ‘Daarom zijn de documenten en spullen bewaard gebleven,’ zegt Duco. ‘Het was heel verleidelijk om me te begraven in het archief, maar ik moest ook de rest van het landgoed beheren.’ Hij werkte er in opdracht van een oude vorst. Ze raakten bevriend maar zouden elkaar altijd met ‘Herr Doktor’ en ‘hoogheid’ aanspreken. De oude vorst zei wijs: ‘Dat blijven we altijd doen, omdat we zo nooit ruzie krijgen.’

De avond gaat snel vallen. Nadat er lang over het verleden is gesproken, wordt er over de toekomst nagedacht. Zonder toekomst is er immers ook geen verleden. Vorsten, oude adel en koningshuizen mogen dan hun bezittingen, archieven en namen doorgeven aan stamhouders en zo de geschiedenis tekenen, maar dat is de papieren werkelijkheid. In Alles Neu zingt Peter Fox: ‘Die Welt mit Staub bedeckt, doch ich will sehen wo’s hingeht.’ Ik luister aandacht als Ruth het woord neemt. De toekomst is altijd vrouwelijk.

De Duitse hoffelijkheid bekoort en ergert Ruth. De Duitse strakheid mag soms wel wat minder, maar aan de Nederlandse botheid heeft ze ook nooit kunnen wennen. ‘Het stoort me mateloos wanneer Nederlanders over Duitsers spreken en er vaak een minderwaardig toontje doorklinkt. Vroeger hield ik m’n mond. Nu niet meer. Dan zit je met een of andere baron aan tafel en die zegt dan over iets onbenulligs: “Dat hebben jullie in Duitsland niet, hè?” Het is haast opvallend als er iets positiefs over Duitsers wordt gezegd.’ Volgens Ruth leven de twee landen met de ruggen tegen elkaar en er is bijna niemand die toenadering zoekt. Duco en Hans worden steeds stiller.

Zelden ziet Ruth een Duitse vlag wapperen, maar als dat gebeurt dan vindt ze het akelig.. Het gros van de jongste Duitse generatie is niet meer belast met dit verstikkende Duitse schuldgevoel. ‘Onze generatie stond een beetje stil. Zij willen en kunnen verder,’ verklaart ze.

Hans zegt: ‘Het is voor ieder land natuurlijk ook tekenend of je als winnaar of verliezer uit een oorlog komt. Je ziet het zelfs terug in de behouden Duitse architectuur.’

‘Ja, de lelijkheid, de plastic deuren in oude huizen,’ kirt Ruth lachend. ‘Daar zijn jullie dan weer veel beter in. Stuur eens een groep jonge Nederlandse architecten de grens over, denk ik dan.’ Er zijn vele Duitse dorpen en steden waar zo onherkenbaar heropgebouwd is om het verleden te verdringen.

Het karakter van de Nederlanders of de Duitsers, de taal, de hoffelijkheid, de architectuur; het is uiteindelijk gerommel in de marge volgens Ruth. De toekomst vormt zich op grotere schaal: Europa. Als rationalist is Duco geen groot voorstander van de Europese-unie: ‘Ieder land moet zijn identiteit kunnen behouden.’ Ruth heeft een fijnzinniger kijk op de zaak. ‘Laten we de clichés en vooroordelen over alle Europese landen over boord gooien en behouden wat waardevol is.’

Rond 1925 schreef mijn meest geliefde schrijver – afkomstig uit het huidige Oekraïense Brody – Joseph Roth: ‘Hoe dom is de angst van bepaalde staten, zelfs als ze Europees gezind zijn, dat de “eigen aard” verloren zou gaan’… ‘Mensen zijn geen kleuren, en de wereld geen schilderspalet! Hoe meer vermenging, hoe sterker de eigen aard!’

Als de heren weer druk beginnen te praten over de archieven fluistert Ruth: ‘Wil je een nachtegaal horen, Jonah? Sinds drie jaar is hij er weer.’ We lopen naar buiten en de vogel zingt. Er fluiten meer vogels mee. In de verte suist een snelweg. Het is donker geworden, maar Europa lijkt me deze avond een orkest met vele getalenteerde spelers, fanatieke doch vrolijke amateurs, als een rammelend maar onafscheidelijk geheel hoort het allang bij elkaar. Zoals vogels in een bos zingen.

Dit was de laatste column uit de zomerverhalen 2023 van Jonah Falke.

Tekst Jonah Falke | Fotografie Peter van Tuijl | Publicatie in de Gelderlander van 18 augustus 2023

Jonah over de grens IV

Helga Wesselink: nooit koude voeten in Duitsland

Helga (82) mag eigenlijk geen trompet meer spelen, maar doet het zo graag.

In het grensdorp Gendringen is het zo stil dat het lijkt alsof het er iedere dag zondag is. In een seniorenwoning ontmoet ik een vrouw die mijn oma had kunnen zijn. Beter gezegd, die mijn oma had willen zijn. Het leven van Helga Wesselink – in het Duitse Herzebocholt geboren in het jaar van de Tweede wereldoorlog – stond in het teken van muziek maken, terwijl het voor mijn oma bij dromen bleef, want de kerk verbood meisjes om bij de muziek te gaan. Door dit armoedige lot van de tijdsgeest is Helga gelukkig niet geplaagd.

Ze heeft een gezonde blos op haar wangen. Mensen kunnen oud zijn, zich oud kleden, maar hun fysieke aanwezigheid is van haast even groot belang en liegt niet, is tijdloos. Dit gezonde achterland – de grenstreek – maakt vele mensen vrolijk en sterk, vergevingsgezind en daarom oordelen ze mild over de dwalingen van de geschiedenis. Meermaals zal Helga zeggen: ‘Het leven is accepteren dat je dingen niet meer kunt. We wachten wat er nog allemaal komt.’ Vooral als ze een ‘t’ uitspreekt hoor je dat ze een Duitse is.

Van de oorlogsjaren herinnert ze zich weinig. Ze weet nog wel dat ze weg moesten en na de bevrijding terugkeerden. ‘Er hadden Russen in ons huis gezeten. Er lag nog één vork in huis. Alles was smerig, kapot en uitgeleefd.’ Ik wist niet dat de Russen tot zover in Duitsland waren gekomen, wellicht een restant van een verdwaald bataljon.

Haar vader was Duitser en haar moeder Nederlandse. Het maakte weinig uit, want wie in het Duits-Achterhoekse dialect spreekt, als boeren onder elkaar, verstaat elkaar tot op de dag van vandaag. De wederopbouw begon gelijktijdig met haar jeugd. Al haar broers en vaders maakten muziek. Onder de perenboom in de tuin in Herzebocholt speelde haar vader op zijn trekzak en zong het hele gezin Duitse volksliedjes. ‘Soms viel er een peer op de grond,’ lacht ze.

Na de basisschool in Duitsland – een uur heen en een uur teruglopen – ging ze als dienstmeisje in betrekking bij een familie in Drempt. Ze kreeg heimwee en kocht een fiets om af en toe naar huis te kunnen. In de jaren vijftig kocht ze voor 500 gulden op af betaling een trompet. Een fortuin in die tijd. Ze ging naar de muziekschool in Doetinchem en speelde de rest van haar leven bij vele harmonieën. ‘Ik zat in het begin naast mannen die goed bliezen, ik moest wel meekunnen. Dat ging eigenlijk heel makkelijk.’ Ze ontmoette haar man in Drempt, ze trouwden en een gezin volgde. Haar huis hangt vol met foto’s van het nageslacht; kinderen, klein- en achterkleinkinderen. Tussen de foto’s hangt ook een onderscheiding van een halve eeuw trouwe dienst bij een harmonie.

Door een leven en familie aan twee kanten van de grens kent ze de verschillen. ‘Ik vind de Nederlanders iets gewoner, gemoedelijker. Bij Duitsers moet alles heel precies zijn, maar ze vieren kerst mooier. Verder is er geen verschil.’ Iedere zin die Helga uitspreekt eindigt in majeur. Het leven lijkt te kort om ernstig te klagen. ‘In Duitsland’ voegt ze er lachend aan toe, ‘heb je nooit koude voeten. Daar moest ik aanwennen, Duitsers hebben heerlijke donzen dekbedden.’

Hoewel haar gezondheid achteruitgaat, en ze eigenlijk niet meer mag spelen van de dokter, loopt ze snel met haar rollator de kamer uit. De trompet is er nog, maar ze kan hem niet vinden. Ik volg haar, en zie op een andere kast een klein, zwart bestoft koffertje liggen. ‘Ja, dat is hem. Kun je erbij? Ik moet tegen m’n kinderen zeggen dat ze hem niet moeten verplaatsen.’ Met gulzige handen pakt ze de trompet uit. Je ziet aan haar geroutineerde handen dat ze dit vaker heeft gedaan, het is als het weerzien van een oude vriend met wie je verder spreekt hoeveel tijd er ook is verstreken. Vliegensvlug controleert ze de ventielen. Het is alsof ook haar vingers jonger worden. ‘Die zijn nog soepel.’ Ze begint te spelen, stopt snel en schaamt zich. ‘Mijn lipspanning is weg. Dit klinkt toch nergens naar.’ Ze is zichtbaar geïrriteerd, heeft nog altijd de geestdrift van een student. Ze speelt verder en bewonderingswaardig snel klinkt het al beter, geen stappen maar sprongen. ‘Eigenlijk mag ik niet meer spelen, ik heb een stoma, dan komt er te veel druk op te staan. Maar ach, er zit nu toch al een scheurtje in.’ Ik probeer haar tot kalmte te bedaren. Ze is niet te weerhouden. Ze zet haar benen gespreid op de grond en speelt door en zegt daarna: ‘Ik moet echt weer een uurtje per dag gaan oefenen.’ In de koffer ligt de verkreukelde partituur van een laatste optreden. Het is Stille nacht, heilige nacht. Maar vandaag schalt er een trompet door het seniorencomplex en is kerstmis heel ver weg.  

Tekst Jonah Falke | Fotografie Peter van Tuijl | Publicatie in de Gelderlander van 11 augustus 2023

WERELD FOTOGRAFIE DAG

zaterdag 19 augustus 2023

Als fotografen zijn we wereldwijd een beetje jarig op deze dag. Het idee om samen een feestje te vieren lijkt me wel wat. Maar ja, moeten we dan allemaal naar sintjuttemis en bovendien de grootste evenementenhal van de wereld afhuren? Nooit is de betekenis van sintjuttemis en daar kunnen we dus zeker niet terecht. Laten we feestje vieren zowel bescheiden als groots. Dat kan door samen een boek te maken. Een boek -vanwege milieu en kosten- zonder papier, een digibook.

Ik wil dat boek wel samenstellen en in elkaar zetten om het vervolgens gratis te publiceren binnen de publicatieomgeving van Adobe. Fotografen die een foto opsturen voor het boek krijgen de link en kunnen vervolgens deze wat mij betreft vrijelijk verspreiden. Deze blog heeft ruim 600 abonnee’s en het kan dus een imposant boek worden waarin de stand van de (vrijetijds)fotografie tot uitdrukking wordt gebracht.

Fijn als je mee wilt doen. Stuur dan je foto uiterlijk 18 augustus aanstaande! Het boek ‘verovert’ dan een paar dagen later de werld, tenminste als jij ook meedoet!

Mail een foto in jpg formaat, langste zijde ongeveer 1500 pixels. Geef het bestand de volgende omschrijving: titelenofomschrijving_plaatsofland_jenaam_je websiteofemail

Desgewenst kun je nog andere informatie (tell your story) in je mail schrijven. Ik probeer dit ook op je pagina te plaatsen. Foto’s die ouder zijn dan pakweg 3 jaar zijn misschien iets minder interessant omdat het boek ook een afspiegeling zou moeten worden van de huidige hedendaagse fotografie.

Hieronder staat als voorbeeld de opzet van het boek. Het is nu nog bescheiden van omvang, maar dat kan dus straks op 19 augustus flink anders zijn.

En dan nog even dit. Stuur alleen foto’s waarvan jij de publicatierechten hebt. Door een foto te sturen geef je toestemming dat de foto opgenomen wordt in het boek zonder dat daar een vergoeding of anderszins iets tegenover staat. Je krijgt wel een link doorgestuurd die toegeng geeft tot de digitale versie van het boek.

STUUR de FOTO naar Peter van Tuijl [info@fotopetervantuijl.nl]