De oude Solex-jas

Hij is er kapot van en dat is ook niet zo gek. Een week geleden was z’n broer plotseling overleden. ‘Het was een verkeersongeval’, zegt hij. ’s Ochtends op weg naar z’n werk verloor hij de macht over het stuur. Hij reed rechtdoor over de rotonde, dwars door kademuur, zo de haven in’. De stilte aan het einde van zijn verhaal hangt pijnlijk tussen ons in. Ik weet even niet wat ik zeggen moet.

Voor me op de salontafel ligt een oude bruine leren motorjas met een bijpassende cap. Ik zag ze liggen toen ik binnenkwam. Als een relikwie uit lang verloren tijden liggen ze daar te liggen.

Als hij ademhaalt en zijn verhaal vervolgt knikt hij naar de jas. ‘Die was van m’n vader’, zegt hij en slikt een traan weg. ‘Hij werkte bij de spoorwegen en controleerde elke dag het baanvak op z’n Solex, rijdend langs het spoor. M’n broer woonde nog in het ouderlijk huis’, vervolgt hij. ‘Toen ik bij het opruimen een kast in de slaapkamer opende, hing hij daar, zo goed als nieuw’. Weer valt er een stilte.

Dan kijkt hij me aan. Hij trekt z’n wenkbrauwen op en vraagt: ‘Kan jij er iets mee? Dat ding is veel te groot om te bewaren, maar ik kan er zo moeilijk afstand van doen’.

Dan stel ik voor om het stilleven dat op tafel ligt een plekje aan de muur te geven. In de studio zoeken we het juiste licht en een bijpassende compositie. 

Twee weken later heb ik een cadeautje voor hem. De foto van de jas van zijn vader is meer dan een stilleven. Voor hem is het de verbinding met z’n pa en een herinnering aan zijn broer. 

Tekst en foto: Ton Constandse

Rouw in tijden van sociale onthouding

natuurbegraafplaats | © Peter van Tuijl

door Jonah Falke

Iemand te jong en abrupt verliezen is nooit gemakkelijk, maar in tijden van fysieke en sociale onthouding is het nog iets schrijnender. Wie net de opgebaarde had gezien en in tranen naar buiten kwam, werd niet aangekeken. Het leek een vorm van respect. Terwijl dat aankijken feitelijk het enige is wat nog mocht. Iemand opperde om de hardst huilende toch even vast te houden: ‘Ik ben niet verkouden, hoor.’ De ratio kwam in conflict met de emotie, en de ratio won. Op het parkeerterrein van een uitvaartcentrum bleven de nabestaanden netjes op gepaste afstand staan.

De kist werd door haar twee zoons, die beiden beroepsmilitairen zijn, en hun geliefden naar buiten gedragen. De jongens liepen statig, met rechte rug, maar waren zichtbaar aangeslagen. De vrouw van de uitvaartonderneming droeg plastic handschoenen. Het chroom van de lijkenwagen blonk in de zon. De autodeuren sloegen te hard dicht. Stapvoets reed de wagen weg en een stoet volgde richting haar buurt. Alle buren bleken op de stoep te staan wachten, als een erehaag. Omdat het onverwachts kwam, ontroerde het me, de buurtkinderen met een bloem in hun hand, de buurvrouwen in tranen en een buurjongentje met een gezicht dat het midden hield tussen ongemak, verveling en brutaliteit. Die buren hadden mekaar misschien al dagen niet meer gezien. En misschien nog nooit in zo’n ijzige stilte. Alleen het zachte draaien van de autobanden op het asfalt moet te horen zijn geweest daar op straat.

Op weg naar het kerkhof, stopten er vele willekeurige auto’s en voetgangers langs de kant van de weg. De mensen dachten misschien dat ze aan het virus was overleden, maar dat was niet zo, ze dachten misschien ook dat dit iets was wat ze vooralsnog alleen uit Italië kenden en vaak zouden gaan zien de komende tijd.

Op de natuurbegraafplaats, in het Slangenburg bos, mochten er maar dertig gasten aanwezig zijn. Dit was de enige uitzondering van het kabinet om nog in een grote groep te verkeren, zonder beboet te worden. Zo goed als mogelijk hield men zich aan de voorschriften.

speech door Jonah Falke | © Peter van Tuijl

Ik speechte en zei dat er geen heilige werd begraven. Godzijdank. Marian Derksen was prettig onaangepast, iemand die schwung bracht in een dorpje als Ulft. De kerkhoven liggen waarschijnlijk vol met mensen die niet hadden geleefd zoals ze dat het liefste deden. Zonder dat ze de oorlog meemaakte, zei ze als ze iets ondeugends had uitgehaald: ‘Ik ben ook fout geweest in de oorlog.’ Wie dat spottend kan zeggen, heeft zich van veel bevrijd, volgens mij. Een aanwezige brak. Er klonken kale kreten door het lege bos.

Onder begeleiding van Leonard Cohens ‘So Long, Marianne’ werd ze begeleid naar het graf. Het was tegenstrijdig. De natuur ontwaakte terwijl er iemand werd begraven en haar kleinkind huilde.

distancing | © Peter van Tuijl

Op een tochtige parkeerplaats werd er afscheid genomen door de nabestaanden en gezegd dat er later herdacht en gedronken zou worden. De tekst op het rouw kaartje was van Marian zelf en is het tatoeëren waard: ‘Je hebt al mazzel genoeg, als je geen pech hebt.’ Woorden die op Marian’s lot en deze huidige wereld leken te slaan.

Dit artikel verscheen 28 maart in het dagblad De Gelderlander

LIESBETH LIST

Eergisteren overleed Liesbeth List op 78 jarige leeftijd. Toen ik het bericht hoorde was ik meteen weer terug in de tijd. In 2009 fotografeerde ik de musical Edith Piaf in de schouwburg in Doetinchem. Ik ontmoette haar backstages, een kleine gestalte die zich concentreerde op het tweede bedrijf van de musical

Liesbeth List backstage | © Peter van Tuijl 2009

Ze is een zangeres van allure die niet alleen mijn hart gestolen heeft. Haar acteertalent mag ook geroemd worden. Edith Piaf had als bijnaam ‘de kleine mus’. Liesbeth List is geen grote vrouw maar zelfs in haar verpersoonlijking van Edith Piaf ‘kroop’ ze helemaal in de huid van de beroemde Franse chansonierre. Ze maakte zich nog enkele decimeters kleiner en was de kleine mus!

Liesbeth List speelt Edith Piaf | © Peter van Tuijl

In 2010 verscheen het boek Amphion 1968-2010 in het kader van de opening van de nieuwe schouwburg. Het boek staat bol van foto’s die ik maakte van de nieuwbouw (2007-2010) en de optredens tijdens het laatste seizoen in het oude theater (2009-2010). Ook daarin verschillende foto’s van de musical. Liesbeth List speelde in Amphion haar voorlaatste ‘Edith Piaf’. Als je wilt kun je in mijn archief nog wat foto’s over deze musical bekijken.

uit het boek Amphion 1968-2010